zaterdag 21 januari 2012
De andere wang – Willem van Leeuwen
Ondertitel: Vergeven in tijden van vergelding
Willem van Leeuwen (1959), freelance journalist voor o.a. NRC en HP/De Tijd, is een ‘wrokkig’ iemand, zegt hij zelf. Hij heeft daar veel last van; en besluit op onderzoek te gaan naar het begrip ‘vergeving’. Bij zichzelf en bij anderen. Een jaar(!) lang.
Het mooie is dat hij zichzelf zo uitlegt in dit boek, want ik heb het altijd moeilijk gevonden me in wraakzuchtige types te verplaatsen. Ik haat agressie. Ik ben van alles, maar zeker niet ‘wrokkig'.
Misschien komt dat doordat mij nooit iets ergs is aangedaan. Mijn familie is niet vermoord, ik ben niet mishandeld, ik ben nooit tot op het bot vernederd. Misschien komt het ook, doordat ik, als ik gekwetst word, de neiging heb de schuld bij mezelf te zoeken – bedacht ik, toen ik mezelf spiegelde aan Willem van Leeuwen. Als mensen zich tegenover mij naar gedragen, denk ik al heel gauw dat ik dingen verkeerd heb gedaan, of niet duidelijk ben overgekomen, of met zaken bezig ben die boven mijn pet gaan.
Ooit zei iemand een keer tegen mij: er zijn twee soorten mensen, psychopaten – zij leggen de schuld bij de ander, en neuroten – zij leggen de schuld bij zichzelf. Nou, dan hoor ik dus overduidelijk tot de laatsten.
Zou je ook niet gewoon kunnen zeggen: er zijn twee soorten mensen, mannen en vrouwen? In mijn vorige blogs heb ik veel gefilosofeerd over mannelijk/vrouwelijk denken. Mannen denken hiërarchisch, dus is het toch eigenlijk niet zo vreemd dat mannen snel in hun eer zijn aangetast? Willem van Leeuwen geeft inderdaad aan dat vrouwen minder last hebben van rancune. Eigenlijk worden vrouwen alleen furieus als het om kinderen gaat. Ik sta altijd weer te kijken van wat moeders over hebben uit liefde voor hun kinderen.
Willem van Leeuwen: “… Wrok is niet hip. Integendeel. In dit tijdsgewricht is ‘cool’ het modewoord, relaxed zijn de ideale levenshouding. De zulfhulpboeken die ervoor moeten zorgen dat je opgewekt, ongecompliceerd, licht, luchtig, tevreden en gelukkig door het leven fladdert, zijn niet aan te slepen…”.
In het boek staan prachtige interviews met min of meer bekende Nederlanders rond het thema vergeving.
Ronald Jan Heijn, zoon van de ontvoerde en vermoorde Ahold-topman Gerrit Jan Heijn, zegt: “… Als je moeite hebt met vergeving, dan is het handig jezelf de vraag te stellen wat voor jou de zin is van het leven. Je antwoord daarop zal verduidelijken waarom je er zoveel moeite mee hebt. Stel dat voor jou de zin van het leven is: “gelukkig worden”, dan is een ontvoering een flinke streep door de rekening. Als je vindt dat het doel van het leven moet zijn: “lessen leren”, dan ga je heel anders om met wat je wordt aangedaan. Het gaat immers niet om wát je meemaakt, maar hóé je met het leven omgaat…”.
Ik ben christen. Dat laatste, over 'lessen leren', is ook mijn visie. Wil je hier verder over lezen dan is “Hier en Daar” van Henk Binnendijk wel een mooi boek.
Willem van Leeuwen vraagt zich af of ‘vergeven’ misschien in de familie zit. De vrouw van Gerrit Jan Heijn schreef in 2006 “De verzoening”, een boek waarin ze haar worsteling met het verleden en haar verzoening met het leven uiteen zet. Ik weet nog dat ik met tranen in mijn ogen voor de televisie zat toen zij daarover vertelde in één of ander praatprogramma: wat een genereuze vrouw.
In een interview met priester Antoine Bodar legt deze uit hoe de Bijbel spreekt over ‘vergeving’. Wij moeten ‘zeventig maal zeven’ keer vergeven. Dat is gewoon: ‘altijd’. Dat is het ideaal.
Willem van Leeuwen voelt zich benauwd tussen de duizenden boeken om hem heen en met een man tegenover zich die de wijsheid in pacht lijkt te hebben.
Is vergeven te leren? Bodar: “… Maar meneer, natuurlijk is het te leren! Er is zoveel te leren, maar de meeste mensen willen niet. “Ik ben nu eenmaal zo”, is het vaak gehoorde, softe cliché van deze tijd. Maar als je leert je te verplaatsen in een ander, dan kom je al een stuk dichter in de buurt van vergeving. Leven is dienen, waarbij je je naaste als het even kan hoger acht dan jezelf, maar tenminste gelijkwaardig. Vergeving heeft veel te maken met empathie. Kunnen meevoelen met de ander…”.
Willem van Leeuwen schrijft indrukwekkend over zijn gevoel van beklemming, als het over geloven gaat: “… Het is vooral de benauwdheid van de allesbepalende moraal die me terneerslaat. Het juk van: dit is het goede en dit is het kwaad, van de heilige onschuld en de menselijke schuld. Het oordeel over: jij hemel, jij hel. De wetten van goed en fout, van deugd en ondeugd, schuld en boete, van winst en verlies. Juist die rationele, normerende, bedachte begrippen, hebben mijn leven – hoezeer ik die kerksheid in mijn tienerjaren ook heb afgeschud – nadrukkelijk bepaald. Het hele denken over wat goed en wat niet goed is, over wat wél en wat niet deugt, wat wel en wat niet mag, heeft mijn gevoelsleven danig ondermijnd. Het gevoel is weggeduwd, als door een brutale voordringer aan een drukke haringkar. Ik besef: het meeste in mijn onopvallende leven is bepaald door de ratio…”.
Mijn ervaring is dat mensen bij christenen inderdaad vaak denken: oh nee, weer zo’n één van wie niets mag of kan. Geloof wordt haast altijd geassocieerd met ‘regeltjes’; buitenstaanders voelen zich soms al bij voorbaat afgewezen door christenen.
Ik denk dat dat niet zo gek is. Als anderen jou gaan opdringen wat je wel of niet mag, voelt dat als een aantasting of beschadiging van je identiteit. Jij bent niet ‘goed’. Jij mag niet zijn wie je bent.
Hiermee zijn we weer helemaal terug bij het boek van Ellen Heijmerikx – zie mijn vorige blog.
Hier wringt iets. Ik denk dat religie niet buiten wetten en leefregels en moraliteit kan. Waarom zouden we anders godsdienst nodig hebben. Misschien moeten gelovigen leren het (ver)oordelen op te heffen in vergeving (dat is zelfs heel christelijk: “oordeel niet opdat je niet veroordeeld wordt”). Dat vergt veel zelfverloochening; die andere kolossale christelijke deugd.
Het is natuurlijk ook heel raar om van ongelovigen hetzelfde gedrag te eisen als van gelovigen. Dat doen vegetariërs ook niet.
Heel veel gelovigen hebben ‘God wel lief’, maar vergeten de rest van het grote gebod: het liefhebben van ‘de ander als jezelf’. En dat houd in mijn ogen in: de ander tot zijn recht laten komen. Ik denk echt, dat dat, heel simpel gesteld, het grootste probleem is binnen onze religie. Vroeger was haast iedereen gelovig, en hield iedereen zich min of meer aan de christelijke moraal. Die tijd is voorbij. Christenen moeten anders leren denken. Sommige orthodox christelijke kranten en tijdschriften lijken zich wel zo ongeveer te hebben gespecialiséérd in het afzetten tegen ‘de wereld’: dat is ook 'wrok'. Dat vreet niet alleen aan hun reputatie, maar ook aan de mijne! Ik word daar echt niet goed van, hoor. Ik pleit voor een fier christendom; middenin de wereld.
In dit boek nog een heel bijzonder hoofdstuk over het al dan niet vergeven van de Duitse oorlogsellende aan de hand van het weigeren van de aanwezigheid van de Duitse ambassadeur bij de nationale dodenherdenking op de Dam.
De half joodse emeritus hoogleraar contemporaine geschiedenis Hermann von der Dunk heeft er geen problemen mee. Maar: verzoenen en vergeven, het is iets persoonlijks. Collectieve verzoening bestaat volgens hem helemaal niet, net zomin als collectieve schuld. Je kunt helemaal niet oordelen over wat je niet zelf hebt beleefd en doorgemaakt.
Rabbijn Evers is tegen, en krijgt er ongenadig van langs; ongeveer 95 procent van de honderden reacties getuigen van onbegrip voor ‘zijn’ Joodse standpunt.
Evers: “… Wie zegt: “Het is nu wel genoeg geweest, de Duitsers kunnen bij het herdenken worden betrokken”, gaan voorbij aan het individu. Vergeet niet dat we in de geschiedenis van West-Europa zelden zo’n gruwelijke genocide hebben meegemaakt. En dat er behalve van vervolging en uitroeiing, ook sprake was van langdurige negatieve informatievoorziening. De joden waren slecht volk. Mensen weten niet wat dat met je doet als slachtoffer. Je zelfbeeld gaat eraan. Een heleboel joden gaan vandaag de dag nog gebukt onder de vervolging en dat negatieve beeld. Ja, ook uit de tweede generatie, ook uit de derde. Wat denk je dat het met je doet als je als Joodse tiener vandaag leert of hoort over de geschiedenis? Over wat er met je familie, met je volk is gebeurd? Dat er een tijd was, echt nog niet zo heel lang geleden, dat je kon worden vergast, opgehangen, doodgeschoten, alleen omdat je Jood was? Wat denk je dat dat met kinderen doet? Zoiets is traumatisch…”.
Willem van Leeuwen: “… Ik was hier twee uur en kan niet veel meer dan begrip hebben voor de gevoelens van Joodse slachtoffers en nabestaanden… Op welke manier zou de aanwezigheid van een Duitse ambassadeur op de Dam belangrijker kunnen zijn dan het verdriet van een Jood? Als één joods oorlogsslachtoffer een Duitser op de Dam bezwaarlijk vindt, dan geen Duitser. Hoe erg kan dat zijn?...”.
Een vrouw die verlaten werd door haar man: “… In het begin is slachtofferschap oké, belangrijk zelfs, je moet je pijn de ruimte durven geven. Maar op den duur is het een heel nare rol. Slachtoffer blijven vernauwt je bewustzijn, want je blijft hangen in de ervaring. Je moet ruimer durven denken, meer zijn dan alleen je emotie. Voorbij die ervaringen proberen te komen. Vergeven is juist een manier om te groeien. En weet je waarom vergeven ook zo nodig is? … Omdat we geen heiligen zijn. We kwetsen allemaal, we zijn wie we zijn, niet alleen goed en niet alleen slecht. We zijn mensen en daar hoort per definitie bij dat we soms kwetsen. Als je dat beseft dan kun je niet anders dan anderen hun daden vergeven. En ook jezelf, trouwens…”.
“De andere wang” is een boeiend en pijnlijk eerlijk boek over misschien wel het moeilijkste wat er is: vergeving schenken voor iets wat je is aangedaan.
"De andere wang"is voor €17,50 rechtstreeks te bestellen bij internetboekhandel IZB-Ark als je hier klikt (voor meer informatie over IZB-Ark: zie kolom hiernaast).
Uitgave: Nijgh & Van Ditmar - 2011
Evelien de Nooijer
Mooi stukje Evelien.
BeantwoordenVerwijderenWillem ;-)