Subtitel: Zes moorden, drie continenten, een wereldwijde cultus en een verborgen manuscript
Het leuke van een leeskring is dat andere mensen je soms op het spoor van een boek zetten waar je in je eentje aan voorbij zou gaan. We hadden het op een gegeven moment over wandeltochten toen iemand vertelde dat er een Leidse thrillerauteur was aan de hand van wiens boek een stadswandeling is uitgezet. En hoe plezant het zou zijn als we met z’n allen die route eens zouden lopen als het wat beter weer wordt. Ik spitste mijn oren, want in een grijs verleden heb ik nog in Leiden gewoond en gewerkt en geleerd. Ze had het over Jeroen Windmeijer (1969), van huis uit antropoloog maar inmiddels leraar godsdienst- en maatschappijleer aan een middelbare school, en zijn omvangrijke boek “Het Pilgrim Fathers complex”. Eerder schreef hij "De bekentenissen van Petrus" en "Het Pauluslabyrinth". We blijken onze eigen Hollandse mix van Erich von Däniken en Dan Brown te hebben…
Puriteinse protestanten
Ik bespreek zelden thrillers vanwege het euvel dat het heel moeilijk is er wat zinnigs over te zeggen – je mag immers de clou niet verraden. Dat ga ik nu natuurlijk ook niet doen. Windmeijer heeft echter ook veel didactisch materiaal in zijn verhaal gestopt; hij is en blijft leraar. Waarom zou je saaie, droge geschiedenisboeken lezen als je ook via een spannend verhaal je horizon kunt verbreden?! De feiten. In 1609 streek een groep Engelse puriteinse protestanten in Leiden neer: de Pilgrim Fathers. Koning Jacobus I kon het niet waarderen dat ze de Anglicaanse kerk als te werelds bestempelden. De Lage Landen stonden bekend om de heersende godsdienstvrijheid (waar je je ook weer niet al teveel van moet voorstellen: zie de zogeheten ‘schuilkerken’ en bijvoorbeeld de controverse rond de radicale Amsterdamse burgemeester Frederick de Vrij die in 1620 als een moderne Christus op de Dam persoonlijk alle Sinterklaaskraampjes omvergooide om een eind te maken aan dit ‘paapse feest’ – gedoe rond Sinterklaas is niets nieuws). Een deel van deze groep trok in 1620 met de Mayflower naar Amerika, waar ze de grondleggers van de Verenigde Staten werden. Een en ander gaat in 2020 groots herdacht worden en in Leiden zal er zeker een graantje van mee te pikken zijn. Daar bevindt zich dan ook al sinds jaar en dag een klein maar dapper American Pilgrim Museum. Verder was taalwetenschapper Piet van Vliet in het voorjaar van 2017 in het archief van Erfgoed Leiden en Omstreken aan het neuzen. Hij vond een manuscript dat een uniek inkijkje biedt in het leven en denken van de Pilgrim Fathers. Rond deze gegevens bouwt Windmeijer zijn intrige.
Intellectuele vuurvreters
“Het Pilgrim Fathers complot” is een ouderwetse whodunit. De rechercheur waarmee we van doen krijgen citeert dan ook regelmatig Agatha Christies legendarische detective Hercule Poirot: “… It is the brain, the little gray cells on which one must rely. One must seek the truth within – not without…”. Hoofdpersoon is de achtenvijftigjarige universitair docent Archeologie en Geschiedenis Peter de Haan. Zijn vriendin heet Fay Spežamor, een weduwe van begin vijftig, docent Griekse en Latijnse taal en cultuur en conservator Romeinse en Etruskische kunst in het Rijksmuseum voor Oudheden. Ze woont samen met haar moeder, óók al een voormalig docente klassieke talen, en dochtertje in een kabouterhuisje achter de grote poortdeur van het rustieke Jean Pesijnhofje, waar ooit veel van de Pilgrims Fathers woonden: “… De oorspronkelijke betekenis van het woord ‘paradijs’, dat was afgeleid van het oud-Perzische ‘pairidaëza’- ‘ommuurde tuin’- kwam er ten volle tot zijn recht…”. Peter en Fay zijn dikke vrienden met Judith Cherve, een voormalig Joodse studente van Peter waar hij stiekem nog steeds een beetje verliefd op is. Inmiddels docent Jodendom bij Religiewetenschappen en freelanceonderzoekster voor het Joods Historisch Museum in Amsterdam en in het verhaal intensief op zoek naar haar roots. Aan de ene kant zegt ze over de Pilgrims: “… Dat puriteinse van hen heeft me altijd wel aangetrokken. Je afwenden van de materie, van bezittingen, je richten op het geestelijke, de blik gericht op het goede, op God. Het leven als een reis, een pelgrimstocht. Wat zij gedaan hebben, naar een nieuwe wereld vertrekken om daar helemaal opnieuw te beginnen, is soms toch wel een aanlokkelijke idee…”. Aan de andere kant zet ze zich ook weer in voor het pro-Palestijnse ‘Een Ander Joods Geluid’, wat vaak met ‘links’ geassocieerd wordt. Bij haar hoort Mark Labuschagne, een briljante maar geestelijk wat labiele hoogleraar Nieuwe Testament. De scheidslijn tussen genialiteit en gekte is dun. Nou, dan heb je wel een stelletje intellectuele vuurvreters bij elkaar, toch?!
Complottheorieën
Peter en Fay bezoeken een open avond van de vrijmetselaars. Fay is namelijk lid van de gemengde loge Ishtar aan het Steenschuur nummer zes in Leiden. Op de zwart-wit geblokte tegels van de werkplaats of tempel, wordt de - ook al - zeer erudiete voorzitter van de groep, aangeduid met de titel ‘Achtbare Meester’ dood gevonden, badend in het bloed, “… als een omgevallen koning op een schaakbord…”. De rechercheur in het jasje van een moderne Prediker: “… Zo aan je einde te komen, dacht Rijnsbergen. Al die wijsheid vergaard, al die boeken bestudeerd, de halve wereld rondgereisd om dan in een zaaltje in Leiden je hersens in te laten slaan…”. En ook al heel christelijk, als de Achtbare in een zwarte bodybag naar buiten wordt gedragen: “… Het leek alsof ze een gigantische cocon van een of ander insect met zich meevoerden, die na verloop van tijd zou ontpoppen om in een nieuwe gedaante tevoorschijn te komen…”. Waarom zou iemand een vrijmetselaar vermoorden? De schrijver neemt de gelegenheid te baat om allerlei praatjes rond het gezelschap bij monde van een insider te ontzenuwen: “… Maar jij, Peter zult vast ook de verhalen wel kennen dat de oorsprong van de vrijmetselaars bij de Orde van de Tempeliers zou liggen, voluit de Orde van de Arme Ridders van Christus en de tempel van Salomo, een christelijke kruisridderorde. Je komt dat fabeltje altijd weer tegen in boeken en op sites vol compplottheorieën. In de tijd van de kruistochten maakten de Tempeliers deel uit van de kruisvaarderslegers die een Heilige Oorlog tegen de moslims voerden in het Heilige Land. Sommige complotdenkers gaan nóg verder terug, helemaal tot aan duizend voor Christus, tot aan koning Salomo en zijn bouwmeester Hiram Abiff, de architect van de eerste tempel in Jeruzalem. Deze meesterarchitect zou over geheime kennis hebben beschikt, die hij verstopte in zijn architectuur. Door de eeuwen heen zou die kennis dan weer van generatie op generatie doorgegeven zijn. In de kathedralen als die van Chartres in Frankrijk of de Rosslyn Chapel bij Edinburgh in Schotland zouden vrijmetselaars geheime boodschappen en codes hebben verstopt, die alleen voor ingewijden duidelijk zouden zijn. Beste Peter, ik kan je vertellen dat dit allemaal klinkklare onzin is. Mensen die zulke dingen geloven zijn vaak maar enkele stappen verwijderd van het geloof in een geheime regering die uit is op een totale heerschappij over de hele wereld…”.
Misschien is de wereld te groot geworden
En even verder: “… Er zijn complotdenkers die denken dat wij vrijmetselaars zo ongeveer achter elk kwaad in de wereld schuilgaan, dat we de hand hebben gehad in 11 september, dat we achter elke bankencrisis zitten die maar plaatsgevonden heeft of plaatsvindt, dat we aan de basis hebben gestaan van de Franse Revolutie, aan de aanval op Pearl Harbor, you name it… de Illuminati, de Novus Ordo Seclorum, de zogenaamde Nieuwe Wereldorde, al die vrijmetselaarssymbolen op het 1-dollar biljet, het Alziend Oog en de niet afgebouwde piramide. Ach, je kent al die verhalen waarschijnlijk wel. Je zou erom kunnen lachen als het niet zo triest was…”. Maar waarom is er dan juist anno 2018 zoveel paranoïa richting de vrijmetselaars? “… Tja, waarom nu? Het zijn rare tijden. Mensen die het idee hebben dat ze de wereld niet langer begrijpen, dat ze er geen vat meer op hebben. Misschien is de wereld te groot geworden. Al de ellende die elke dag weer onze huiskamers binnenkomt, via internet, via onze smartphones. Vroeger konden mensen bij alle ellende die hun overkwam, elke ziekte, misoogst, de dood van een kind, een schipbreuk, nog wijzen naar een god of naar goden. Gelovigen zijn in feite de eerste complotdenkers van de geschiedenis: iets gebeurt niet zomaar, er zit iemand achter, met een bepaald plan. Het is een straf omdat de mensen zich niet aan de goddelijke regels hebben gehouden, niet hebben geofferd of omdat twee goden ruzie hebben, weet ik veel. Maar nu, er gebeuren nog steeds verschrikkelijke dingen in de wereld, volkomen zinloze, toevallige rampen waar geen enkele bedoeling achter zit. Zonder geloof in God kom je dan al snel uit bij mensen, het liefst bij geheimzinnige genootschappen die allemaal uit zijn op werelddominantie…”. Maar, nu eens en voor altijd: “… Wij vrijmetselaars komen gewoon voort uit de gildes van de metselaars van vijfhonderd jaar geleden, daar is niets spectaculairs aan. Die metselaars waren vrij om in Europa van stad naar stad te reizen om kathedralen te bouwen. Ze hadden inderdaad een geheim handenschudritueel, ze hádden wachtwoorden, maar dat waren gewoon manieren waarop iemand aan kon tonen dat hij lid van het gilde was. Die metselaars nodigden weer anderen uit om lid te worden en zo ontstond langzamerhand een broederschap. In de Verlichting werd het pas een meer filosofische beweging of groepering, waarschijnlijk de eerste groep mensen die zich los van een godsdienst organiseerde, zonder overigens daarbij religie af te wijzen. Dát is pas het écht bijzondere aan deze groep, dat het vrijdenkers waren, dat ze tolerant stonden ten opzichte van andersdenkenden, dat was ongewoon…”.
Vijanden
Vervolgens duiken er twee radicale studenten op uit kringen van het Leidse actiewezen (“… Antiglobaliseringsgroepen, milieuactivisten… De Vrijplaats Leiden aan de Middelstegracht met de Fabel van de Illegaal, die opkomt voor vluchtelingen en illegalen… Zulk soort mensen…”), die aandacht vragen voor de Noord-Amerikaanse indianen in het Pilgrimsjaar. Volgens hen is er sprake geweest van genocide. De kolonisten hebben doelbewust geprobeerd een in hun ogen minderwaardig ras van de aardbodem weg te vagen. En dat ook nog Bijbels gemotiveerd. Ze voeren actie tegen de Amerikaanse mythe van ‘het lege land’: “… Er zijn onderbouwde schattingen dat het aantal indianen afnam van ongeveer twaalf miljoen in 1500 tot ongeveer tweehonderdvijftigduizend in 1900, wat het de meest grootschalige uitroeiing in de geschiedenis van de mensheid maakt. Natuurlijk, veel indianen zijn overleden aan ziektes omdat ze in aanraking kwamen met ziektekiemen waar ze niet tegen bestand waren, maar heel veel zijn toch overleden tijdens directe confrontaties met blanken. Zo kun je de geschiedenis van de WIC niet, of niet meer, vertellen zonder de enorme schaduwzijde die ermee verbonden is…”. Ze zijn er van overtuigt dat er een link is tussen de Pilgrim Fathers en de vrijmetselaars. Hoe zouden de vrijmetselaars anders in de Verenigde Staten terecht zijn gekomen? Hoeveel presidenten waren er geen vrijmetselaar? De vrijmetselaars hebben hoe dan ook veel vijanden: “… Maar weet je, dit is zomaar een los idee, hoor, misschien moet je het zoeken in de richting van de katholieke kerk. Er zijn nog genoeg orthodoxe leden die nog steeds niet geaccepteerd hebben dat de wil van Rome al lang geen wet meer is. Ze beschouwen ons als ongelovige duivelaanbidders. Maar we hebben zoveel groepen in de VS. We hebben radicale evangelisten, trigger-happy new-born christians die iederéén uit de weg willen ruimen die niet Pro Life is, we hebben fascistische white-supremacist militas, er zijn boom aanbiddende hippies die de Pilgrim Fathers en misschien ook wel de vrijmetselaars zien als het begin van alle ellende in de VS, het begin van het einde van de inheemse bevolking. Zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan, echt. Het is niet voor niets dat de vrijmetselaars in dictatoriale regimes vaak als eerste verboden worden…”.
Heilsgeschiedenis
Het verhaal zit opmerkelijk consistent in elkaar. Toch zijn er een paar dingetjes waar ik mijn vraagtekens bij zet. In het gevonden fragment beschrijft een Pilgrim dat er een scheiding is ontstaan tussen een leider van de groep, Josh Nunn, die in Leiden wil blijven, en zijn jeugdige oogappel William Brewster, die Leiden wil inruilen voor Amerika: “… Rond Josh Nunn staan de mensen, onder wie opmerkelijk veel lieden die in de bouw werkzaam zijn overigens, metselaars et cetera – wie oren heeft, die hore – die ervoor kiezen in Leiden te blijven. Josh, die in goeden doen is geraakt, bezit tegenwoordig een eigen loge in de schouwburg, waar de kerngroep regelmatig samenkomt om tijdens de pauzes van een voorstelling met elkaar te overleggen…”. Maar een puritein mag toch helemaal niet in een schouwburg komen? Vanwege zondig en zo? Ik bedoel: een maand of wat geleden is er op de reformatorische hogeschool De Driestar nog een docent ontslagen omdat hij een toneelstuk had geschreven. Ter leeringe ende vermaek notabene: over zijn eigen overwonnen gokverslaving. Omdat het in de tekst gaat over ‘wie oren heeft, die hore’ dacht ik dat er later wel op gereflecteerd zou worden, maar nee hoor. Verder wordt er op het vermoorde lichaam van de Achtbare Meester een envelop gevonden met daarin een hervertelling van het Bijbelboek Exodus. Zelfs bij een leek als ik gaat er direct een rood lampje branden als er staat dat Jacob zijn zoon Jozef kreeg bij zijn lievelingsvrouw Rebekka. Dat was natuurlijk niet Rebekka, maar Rachel. Ik dacht nog even dat het was om de lezer om de tuin te leiden, maar ook hier wordt niet meer op terug gekomen. Het Exodus-verhaal geeft wel aanleiding tot een interessante verhandeling over hoe letterlijk je de daarin vertelde geschiedenis moet interpreteren. Het gaat over zeshonderdduizend mannen die uit Egypte zouden zijn vertrokken. Tel daarbij de vrouwen, kinderen en het dienstpersoneel op en je komt tot zo’n duizelingwekkende hoeveelheid mensen dat als de voorhoede het Beloofde Land heeft bereikt, de achterhoede zich nog in Egypte zou moeten bevinden. Alhoewel er onderweg natuurlijk veel overleden zijn. Toch heb je het over meer personen dan er toendertijd in heel Egypte woonden. Van zo’n grote ontvolking zouden er toch sporen te vinden moeten zijn? En hoeveel manna en miljoenen kwartels waren er niet nodig om zo’n grote groep veertig jaar in de woestijn te voeden? Zelfs het smalle stuk groen langs de Nijl van heel Egypte bracht te weinig voedsel op om het slavenvolk te voeden. Bovendien was het Beloofde Land in die tijd bezet door Egyptenaren. Hele naties worden gebouwd op een combinatie van mythische waarheden en verzinsels. De Bijbel is geen aardrijkskunde- of geschiedenisboek, zoals mijn toch best wel orthodoxe leraar op de gereformeerde basisschool al zei, maar een gelóófsboek. Héílsgeschiedenis.
Rekkelijken en preciezen
Halverwege zijn verhaal komt Windmeijer ook nog met een schitterende lection over de predestinatiestrijd tussen de protestantse hoogleraren Arminius en Gomarus, oftewel de Remonstranten en de Contra-remonstranten. De ‘rekkelijken’ en de ‘preciezen’. De ‘bavianen’ en de ‘slijkgeuzen’. In 1619 werd op de grote synode in Dordrecht bepaald dat de leer van Gomarus de officiële lijn van de Gereformeerde kerk zou worden, en zeker toen prins Maurits zich daar ook nog eens voor ging inzetten, moesten de Remonstranten inbinden. Natuurlijk kwam deze strijd niet uit de lucht vallen. Het was een reactie op de totaal uit de hand gelopen leer van goede werken waarmee je de hemel kon verdienen binnen de katholieke kerk, met als toppunt de koehandel rond dure aflaten. Het geld staken corrupte priesters in hun eigen zak. Een en ander is prachtig uiteen gezet in de volgens de enthousiaste schrijver ondergewaardeerde tv-serie “God in de Lage Landen”, die ik ook nooit heb gezien, maar zeker bij uitzending gemist eens ga bekijken. Als Judith een beurs krijgt aangeboden voor het prestigieuze Harvard in Boston (V.S.) grijpt Peter de kans om bij haar te gaan logeren met beide handen aan. Vervolgens komen ook alle bezienswaardigheden rond de Pilgrims, de Indianen en de vrijmetselarij ter plaatse voorbij, wat smeuïg wordt opgedist, maar wel een beetje véél is op den duur. Het verhaal is en blijft echter een thriller. Uiteindelijk raakt Peter betrokken bij zes moorden op drie oudere mannen en hun jongere protegees. Allemaal in vrijmetselaarskringen. Allemaal ook met een tatoeage die bij de meesten is weggesneden. Hij ontkomt zelfs zelf ternauwernood aan een moordaanslag en een en ander brengt hem naar het Sint-Catharinaklooster aan de voet van de Sinaï, dat rond het brandende braambos van Mozes zou zijn gebouwd, waardoor we weer helemaal terug geraken bij Exodus.
De Bijbel heeft tóch gelijk
Windmeijer staat uitgebreid stil bij de vreselijke fragmenten die Exodus bevat. Verhalen die aan IS doen denken (zie bijvoorbeeld ook docent Oude Testament dr. Hetty Lalleman). Een fantastisch staaltje "En de Bijbel heeft toch gelijk" aangaande de tien plagen van Egypte: “… Toen de Hebreeërs door de woestijn trokken, werden ze volgens de overlevering ’s nachts op hun weg begeleid door een kolom van vuur en overdag door een kolom van rook. Meerdere schrijvers plaatsen om die reden de uittocht in de periode 1650-1600 voor de christelijke jaartelling, toen er in de Minoïsche tijd een waanzinnige vulkaanuitbarsting plaatsvond op het eiland Thera in de Middellandse Zee – een van de grootste vulkaanuitbarstingen die ooit in de geschiedenis op aarde zijn vastgesteld. Een tsunami van minstens achtentwintig meter hoog bereikte Kreta en richtte daar veel verwoestingen aan. Vandaag de dag is nog goed te zien hoe het halve eiland Thera bij de vulkaanuitbarsting de lucht in geblazen werd; het eiland heeft de vorm van een sikkelvormige maan. Van grote afstand was overdag de rookpluim van de vulkaan te zien geweest en ’s nachts had er een enorme gloed van de nagloeiende vulkaan afgestraald…”. En even verder: “… Door de aswolken bleven de regens uit en werd de Nijl een vieze, trage modderstroom, waarin algen welig tierden. Toen die algen massaal stierven, kleurde het water rood. Hierdoor verlieten de kikkers de rivier om op het land hun heil te zoeken. Toen die in de droge woestijn omkwamen, hadden muggen en luizen geen natuurlijke vijanden meer en namen die ongestoord in aantal toe. Ziektes staken de kop op met een enorme sterfte onder het vee als gevolg. Mensen werden op grote schaal gestoken en gebeten, waarna de open wonden door het vele krabben gingen zweren. De as in de lucht kwam in botsing met de onweersbuien, en de hagel kwam met bakken uit de hemel. Hierdoor ontstond een vochtig klimaat, een ideale omgeving voor sprinkhanen om zich snel voort te planten. De asdeeltjes verduisterden bovendien het licht van de zon, waardoor het donker werd op aarde. Door de vochtigheid begon het voedsel te rotten; het graan beschimmelde. Volgens de Egyptische traditie mocht het oudste kind van het gezin altijd als eerste van het graan eten, waardoor alle eerstgeborenen stierven…”. Het grappige is dat Peter op een vliegveld een boek van de vooraanstaande archeologen Israel Finkelstein en Neil Asher Silberman koopt, "The Bible Unearthed", waarin weer wordt uitgelegd dat het Bijbelboek Exodus allemaal fake is. Nu heb ik dat zelf niet gelezen, maar ik ben wel een goede vriendin en leerling van Finkelstien tegengekomen, die hem geholpen heeft met zijn opgravingen: archeoloog Jennifer Guetta-Peersmann. Toen ze later lid werd van een evangelische groepering distantieerde ze zich van zijn opvattingen, zie hier.
Exit wereldgodsdiensten
Het hele boek door komen mythische analogieën met de Bijbelverhalen aan bod, zoals bijvoorbeeld het Babylonische epos over de koning van Sargon met het Bijbelverhaal over het kindje Mozes. Mijn orthodoxe inspirator Willem Ouweneel zei daar ooit over dat als de mensheid in de dagen van Noach met dezelfde kennis uit elkaar is gegaan alle religies en wereldbeschouwingen vonken van ‘de goddelijke waarheid’ moeten bevatten. De kip- en het eidiscussie. Vandaar dat sommige theologen het christendom niet zozeer tegengesteld zien aan, maar eerder als vervulling van, het heidendom. Bonjourt Windmeijer in het begin van zijn boek het complotdenken rond de vrijmetselaars de deur uit, aan het eind van de boek haalt hij het via de achterdeur net zo hard weer binnen. Ik moest onvermijdelijk denken aan de geschiedenis van Jezus waarin Hij waarschuwt dat als je een boze geest uitdrijft je er zeven voor terug kunt krijgen: Lukas 11:24-26. Peter gaat er, zoals alle samenzwerings -‘idioten’ kan ik niet nalaten te schrijven, met gestrekt been in: “… In een sneltreinvaart had Peter de tekst gelezen, waardoor de volle omvang van de inhoud ervan en de verpletterende consequenties die een eventueel bekend worden ervan voor de officiële geschiedenis van het Jodendom en christendom zou hebben, nog niet volledig tot hem doordrongen…”. Na tweeduizend jaar exit godsdienst omdat eindelijk één slimmerik achter de verborgen waarheid van het wereldgebeuren komt. Zoveel achterlijks gelooft toch niemand zou je denken – maar je zou ze de kost moeten geven die dat wél doen! Het zijn en blijven dan ook fascinerende verhalen…
Uitgave: HarperCollins – 2018, 496 blz., ISBN 978 940 270 162 3, € 19,99
Rechtstreeks bestellen: klik hier
Geen opmerkingen :
Een reactie posten