Menu

zaterdag 5 november 2022

Reli Detox – Reinier Sonneveld

 


Subtitel: Genezen van religieuze manipulatie

 

Na het lezen van “Wij waren, ik ben. Weg uit Ruinerwold” - zie mijn vorige blog -  zocht ik verder betreffende het thema ‘geestelijk misbruik’. “Reli Detox” blijkt op dit terrein een nog maar net uitgegeven zelfhulpboek. Theoloog Reinier Sonneveld (1978) begeleidt als coach veel mensen die beschadigd raakten binnen een religieuze context. Elke godsdienst heeft zijn duistere kant, denk ik: “… Religie betekent voor veel mensen iets prachtigs, maar het kan ook een gif worden. Alles van waarde is weerloos…”. Alsof het zo heeft moeten zijn, hoorde ik in het weekend waarin ik dit boek las een indrukwekkende preek, waarin het ging over dat een (geestelijk) ‘leider’ zomaar een ‘vérleider’ kan worden. Voor wie het interesseert: klik hier. Verder wil ik nog wijzen op de toegankelijke serie “Dus ik volg” van filosoof Stine Jensen, en dan met name aflevering 4: ‘Afscheid van de volger’ (achterin het boek van Sonneveld staat ook een lijst met filmpjes, documentaires, podcasts en boeken over dit onderwerp).

 

Mensen houden elkaar normaal, maar maken elkaar ook gek

Het lijkt erop dat religieuze manipulatie momenteel wereldwijd toeneemt, aldus Sonneveld. Er waren eerdere ‘golven’: aan het einde van de negentiende eeuw en in de revolutionaire jaren zestig van de vorige eeuw. Door alle veranderingen op uiteenlopend gebied kon het niet  uitblijven dat ook de godsdienst opnieuw tegen het  licht werd gehouden. De huidige golf hangt vooral samen met internet. Verder denk ik dat de verwarrende episode waarin wij momenteel leven met zich meebrengt dat mensen houvast zoeken. Waar dan ook. Het idee dat we in een soort van ‘eindtijd’ zijn beland, triggert allerlei op de apocalyps gefocuste groepen en geloofsgemeenschappen. Toch zijn destructieve sektes in Nederland relatief zeldzaam, omdat het hier een dichtbevolkt gebied is met veel controle door overheidsinstanties en weinig thuisonderwijs. Evangelisch-charismatische groepen lijken op manipulatief vlak het meest kwetsbaar, maar treden ook het makkelijkst naar buiten wat betreft misstanden in eigen kring. Dat komt omdat zij, vergeleken met reformatorische, fundamentalistisch-islamitische of streng hindoestaanse groeperingen, meestal weinig last hebben van familie, woonomgeving en cultuur, waardoor gelovigen minder snel de mond worden gesnoerd. Opvallend is ook dat de ene persoon een religieuze omgeving totaal anders kan ervaren dan de ander. Ik herinner mij nog een uitzending van “Het mooiste meisje van de klas” , waarin iemand werd gefilmd die op de (dichte) deur bonsde van de kerk van mijn oma, terwijl ze verkondigde dat ‘hier geen greintje liefde’ was. Ik heb als klein meisje herhaaldelijk tussen mijn bemoederende tantes in diezelfde kerk de avonddiensten bijgewoond, en voelde me nergens liefderijker opgenomen in ‘de schoot van de familie’ als daar. Een ervaring verwant aan Elie Wiesel, die beschrijft hoe zijn opa tijdens zijn kleutertijd zijn zware zwarte jas om hem heen placht te slaan in de synagoge: warmer en veiliger kan het niet zijn in het donker. Alle woorden gingen ten ene male over mij en hem heen natuurlijk. Ik vermoed dat geestelijke manipulatie vooral te maken heeft met ongezonde relaties. Ouders die kinderen niet kunnen loslaten. Sociale controle. Angst die wordt aangepraat. Opgewekt schuldgevoel. Emotionele chantage. Kritiek die niet wordt geduld. Machtsmisbruik. Afhankelijkheidssituaties. Haantjesgedrag. De thuissituatie, de vriendenkring, en het individuele karakter van iemand doen er veel, zo niet alles, toe: “… Mensen zijn geen eilanden. We bestaan nauwelijks op onszelf…”. Mensen houden elkaar normaal, maar maken elkaar ook gek.

 

Eendenkooi

Het is vrij simpel wat ‘gezonde’ religieuze gemeenschappen zijn. Die, waar je als mens ‘groeit’ en waar je gedachten ‘gelukkiger’ van worden. Ongezonde leiders blazen zich op, gezonde leiders zijn bescheiden. Sonneveld gebruikt af en toe vrij ‘technische’ termen, zoals de ‘expertval’: “… Een gezonde expert verkoopt expertise. Daar is niets mis mee. De expertval is ingetreden als er grote druk wordt uitgeoefend. Het alarm gaat af als de expert zichzelf als de enige oplossing voor jouw immense probleem gaat profileren. En het bewijs dat er inderdaad sprake is van de expertval, is als deze persoon niet met kritiek, vragen en second opinions kan omgaan en deze vermijdt of overbluft…”. Een en ander illustreert Sonneveld aan de hand van een eendenkooi. En dan ben jij de eend natuurlijk… Sonneveld waarschuwt dat ook foute ideeën een grote virale kwaliteit kunnen bezitten. Zie de waanzin van het hedendaagse ‘fake news’, dat een enorme inspirerende reikwijdte heeft. Over het algemeen gedijt een manipulator minder in mainstream geloofsgemeenschappen omdat hun organisatievormen zijn getest in een trial-and-errorproces van eeuwen – vrije groepen moeten het wiel steeds opnieuw uitvinden. Maar het kán wel: zie de misbruikschandalen in de rooms-katholieke kerk. Sonneveld hanteert het zogeheten STRIK-model, dat staat voor de kernwoorden ‘Specialist’, ‘Truc’, ‘Ramp’, ‘Inspanning’ en ‘Kader’. Hij noemt maar liefst 17 kenmerken van religieuze manipulatie. Ik neem ze in het kort even door.

 

Religieuze manipulatie: 17 kenmerken

1. De ‘Specialist’ die als een Messias (zie de vader van Israel van Dorsten in mijn vorige blog), ook al is hij volgens eigen zeggen ‘maar’ een ‘doorgeefluik’ van de goddelijke waarheid, tussen jou en de Eeuwige instaat. 2. De grote ‘Truc’ (allerlei beloften als lokmiddel: ‘alleen bij ons kom je in de hemel’) tegen de grote ‘Ramp’ (hel, verdoemenis, ondergang van de wereld): de expert komt met een ‘superstok’ om mee te dreigen en een bijbehorende ‘superwortel’ om je voor te houden (zie het zogeheten ‘welvaartsevangelie’). 3. De groep vergt steeds meer noodzakelijke, maar zogenaamd betekenisvolle, ‘Inspanning’ qua geld, tijd en energie. 4. Een ‘Kader’ van (ongeschreven) wetjes en regeltjes blijft overeind door het afkeuren van een wereldse en/of kritische houding. 5. De leider imponeert door zijn magische krachten: tongentaal, helderziendheid, gebedsgenezing. 6. Oncontroleerbare goddelijke bronnen bevestigen de status van de leider: dromen, visioenen, openbaringen, profetieën. 7. De leider heeft een direct en anti-intellectueel lijntje met God. 8. Het verkopen van overdreven oplossingen voor overdreven problemen, vaak door middel van stimuleren van zondebesef tot in het extreme en onbenullige. Wij-zij denken. Zwart-wit denken. Toen-nu denken. 9. De groep gaat vóór alles. 10. Demoniseren van de buitenwereld. 11. Het aannemen van een slachtofferrol c.q. het martelaarschap. 12. Het bezitten van de enige, echte, exclusieve en altijd polariserende waarheid. 13. De onaantastbare leider bezit allerlei privacygevoelige informatie van zijn onderdanen maar blijft zelf buiten schot. 14. Door middel van ‘love bombing’ binnenhalen van bekeerlingen die daarna te maken krijgen met toenemende druk. 15. Veilig stellen van het publieke imago: kwaadspreken over de kerk is kwaadspreken over God. 16. ‘Verraad’ is het aller-allerergste wat je een groep aan kunt doen: de afvallige is de zondebok. 17. Ongezonde groepen hebben meestal een elite van ingewijden dan wel ja-knikkers: de schoothondjes en wapendragers van de leider – de rest, het plebs, ‘hoort er niet bij’.

 

Detoxen

Daarop beschrijft Sonneveld hoe je kunt werken aan genezing. En wel op vijf fronten: je overtuigingen, je verdriet, je onzekerheid, je schaamte en je herinneringen. 

Waar Sonneveld vooral tegen te hoop loopt is het idee dat de mens volgens de Heidelbergse Catechismus, een geloofsbelijdenis uit 1563 die in refokringen een heilige status bezit, zo ‘verdorven’ is dat ‘wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad’. Ik herinner mij  dat dit  item vroeger bij ons ook wel een dingetje was, maar dat mijn moeder zich altijd haastte er aan toe te voegen dat wij ‘tegelijk bijna goddelijk gemaakt waren’ als het ter sprake kwam, waarmee ze het ‘gif’ (volgens Sonneveld) weer neutraliseerde. Sonneveld geeft ijselijke voorbeelden van predikanten die hun luisteraars doorlopend voorhouden dat ze tot op het bot verrot zijn vanwege afschuwelijke zonden. Een kind kan snappen dat een dergelijk negatief mensbeeld niet bevorderlijk is voor je geestelijk welzijn. Waarom zou je je leven verpesten door zondag in, zondag uit naar preken te luisteren die jou alleen maar vertellen hoe afgrijselijk je in elkaar steekt, denk ik dan. Je hebt toch ook een verantwoording naar jezelf toe? Maar als buitenstaander is dat natuurlijk makkelijk praten. Van de weeromstuit belandt Sonneveld bij ‘de meeste mensen deugen’. Dat vind ik wel weer érg optimistisch, als ik kijk naar wat de Russen allemaal uitspoken in Oekraïne en boeken lees als “Ons lichaam, jullie slagveld” van journalist Christina Lamb. Eigenlijk denk ik dat het hele repertoire aan goed en kwaad in ieder van ons huist, en dat het aan de omstandigheden ligt welke toets op de toonladder wordt ingedrukt. Als het goed met je gaat is het niet zo heel moeilijk om ook goed te zijn. Ik geloof dus eigenlijk maar de helft van dat catechismuszinnetje. De mensheid heeft overduidelijk gegeten van ‘de boom van kennis van goed en kwaad’. Verder vind ik het wel realistisch om te geloven in een ooit ‘gevallen’ wereld. Waar komt het kwaad ánders vandaan. Bovendien kan de praktijk dan alleen maar meevallen, toch?! Ik moet denken aan Arnon Grunberg die een paar weken heeft meegelopen met de SGP-fractie, en zich verbaasde over het feit dat er zoveel gelachen werd binnen de kring der mannenbroeders. De verklaring: bij Groen Links zijn ze allemaal doorlopend zuur omdat ze maar niet snappen waarom alle lieve mensen niet luisteren naar hun goede bedoelingen -  de SGP verwacht niet anders, dus daar maken ze zich er niet druk om.   

 

God als buik(s)preekpop

Sonneveld haalt leuke denkexperimenten aan. Hoeveel ‘kwaadaardige’ gedachten gaan er daadwerkelijk dagelijks door je hoofd (en dan draait het niet om piekeren, mopperen, twijfelen, somberen en dat soort dingen)? Tussen de honderdduizend andere gedachtes hooguit een of twee. Zijn het er tien, dan ben je rijp voor de therapeut. En hoeveel van die kwaadaardige gedachtes voer je daadwerkelijk uit? Hoeveel mensen heb je al vermoord? Waarschijnlijk nul. Hoeveel van de mensen die je op straat bent tegengekomen hebben je in elkaar geslagen of beroofd? Hooguit één op de vijftigduizend: “… Het kwade is er, maar staat ver op achterstand. Er valt vast van alles aan ons te sleutelen, maar ‘echt waardeloos’ zijn we bepaald niet…”. Giftige leiders gebruiken God als buikspreekpop. Om je bang te maken en je schuldig te laten voelen. Dat maakt jou klein. “… Welke religie je ook aanhangt, er zijn goede redenen om een bepaalde type god te wantrouwen – de goden die de macht bevestigen…”. Veel ex-gelovigen vragen zich af waarom ze met giftige religies in zee zijn gegaan. Soms heb je geen keus omdat je erin geboren wordt. Vaak worden buitenstaanders in een kwetsbare periode een ongezonde religie binnengetrokken, die in eerste instantie aanvoelt als ‘een warm bad’. Ook al heb je geen idee waar ze het over hebben, de sfeer is zo fijn. Sonneveld gaat aan de hand van de rouwcyclus van psychiater Elisabeth Kübler-Ross, die uitstekende handvaten geeft om met een giftige religie uit de voeten te kunnen, diep in op gevoelens van gemis, tekort en verdriet. Foute experts en groepen kunnen je ‘verslaafd’ maken aan hun remedie voor pijn. Ze kunnen ‘verdovend’ werken. De realiteit wegduwen. Ze kunnen je in een mal duwen waar je niet in past. Religie is geen wondermiddel: “… Religieuze groepen bestaan niet om je problemen op te lossen, dat is hun bijdrage aan de maatschappij niet. Daar zijn artsen voor, therapeuten, consultans, enzovoorts – jijzelf bent daarvoor. Religies vertellen over God. En een ware God kan effecten hebben in mensenlevens, maar valt niet te reduceren tot een regelmatig shotje van een of ander goed gevoel…”.

 

Dealen met de buitenwereld

Mensen die uit een ongezonde religieuze groepering stappen, kampen vaak met een beschadigd zelfvertrouwen. Een gezonde religie stimuleert zelfstandig denken, is een bron van kracht. Een ongezonde religie vult niet, maar holt uit. Laat je niet groeien, maar krimpen. Een destructief geloof zuigt je leeg, haalt je onderuit en onthandt je: “… Wij vertellen wat goed voor je is…” (en soms is dat ook fijn: ‘bij vader achterop de fiets’). Je zult je eigen beoordelingsvermogen weer moeten trainen, moeten proberen ‘eigenwijzer’ te worden, te ‘emanciperen’ en op je eigen intuïtie leren varen. Je zult met de ‘boze’ buitenwereld moeten leren dealen, waar je vaak met de ‘roze bril van naïviteit’ of de ‘zwarte bril van cynisme’ naar kijkt. Dat leer je door ervaring. Eén vuistregel kan Sonneveld daar wel bij geven: “… Wie veel uitroeptekens gebruikt, heeft iets te verbergen. Wie veel hoofdletters toepast, overschreeuwt zichzelf. Of genuanceerder: de kans dat  voorzichtige uitspraken juist zijn is groter dan bij stevige uitspraken…”. Sonneveld gebruikt het psychologische model van de Transactionele Analyse, ontwikkeld door Eric Berne, waarin drie basisrollen worden onderscheiden: die van de ouder, de volwassene en het kind. Hij wijst op de ‘dramadriehoek’ van aanklager-slachtoffer-redder die elkaar versterken. Het gaat om het ‘wipwappen’ van rollen: “… De clou is telkens nuance, zachtheid, ruimte. Met twee woorden spreken: het is en-en…”.

 

De dompteur in je hoofd

Sonneveld heeft het over de ‘dompteur’ in je hoofd die je schuld- en schaamtegevoelens aanpraat. De veroordelende stemmen zijn vaak de echo’s van voormalige autoriteitsfiguren. Ik maak zelf ook protestantse kerken mee waar de preek niet veel anders voorstelt dan een vrij kinderachtig ‘lesje moraliteit’: dit mag niet - dat moet. Meestal getriggerd door de beruchte Bijbeltekst ‘Wees dan volmaakt zoals uw hemelse Vader volmaakt is’. Welnu, wanneer ben je volmaakt genoeg? Nooit natuurlijk, want niemand is volmaakt (we hebben allemaal gegeten van de boom van kennis van goed en kwaad, weet je wel?). Als je de ene zonde onder handen hebt genomen, staat de andere alweer voor de deur. De strik wordt steeds verder aangeschroefd. In mijn ogen is dat een zeer egocentrische manier van geloven: alles draait om jezelf in plaats van God. Iemand schrijft: “… Pas toen mijn omgeving wegviel, moest ik het voor mezelf uitzoeken en toen kwam er ruimte voor God. Een Geest die veel groter is dan me altijd werd verteld. Niet die mopperende figuur die op elk slakje zout legt en je eeuwig in de hel smijt voor overtredingen waar nog geen agent van zou knipperen…”.

 

Dan regeert de liefde

Sonneveld schrijft een verrassende verhandeling over het onderwerp ‘volmaaktheid’. Volgens hem staat de voornoemde Bijbeltekst in het oorspronkelijke Grieks niet in de gebiedende wijs: wees…, maar in de toekomende tijd: jullie zullen…: “… Het is niet een eis, maar een vooruitzicht: ooit op een dag worden jullie net zo prachtig als God. En dat woordje ‘zoals’ betekent niet zozeer dat je in alles op God gaat lijken – laat staan moet lijken, alsof het een opdracht is – maar in de verzen ervoor gaat het erover dat God iedereen, Joden en niet-Joden, gelijk behandelt. En dáárin, in dat opzicht, zullen we op God lijken, is de belofte. Later, ooit, zullen we net zo ruimhartig en gul als God worden en juist niet de zondaars afschrijven en de heiligen voortrekken, maar iedereen gelijk behandelen…”. Dan regeert de liefde. Toevallig vond ik vorige week een lezing van prof. dr. Willem Ouweneel over Psalm 2 op internet, waarin deze ook al aangaf dat met ‘volmaaktheid’ geen perfectie wordt bedoeld. Geen van de Bijbelse helden, Mozes, David, Salomo, was volmaakt. Volmaakt zijn veeleer degenen die een open en intieme relatie onderhouden met de Eeuwige. Jij maakt jezelf niet volmaakt, dat doet de 'luister' van God. 'Een licht zo groot, zo schoon' dat Mozes, aldus het verhaal dat gaat, een doek over zijn gezicht moest gooien nadat hij op de berg  met God had gesproken. De uitstraling was blijkbaar zo oogverblindend dat het onverdraaglijk was voor zijn omstanders. Soms vangen we er wel degelijk partikeltjes van op: in de schoonheid van de natuur, de kunst en de mensen om ons heen. Het nare is dat moralistische voorschriften en regeltjes vaak geprojecteerd worden op degenen die de minste macht hebben. Zie de opstandige meisjes in Iran die hun haren moeten bedekken. De vrouwen in Afghanistan in hun boerka’s. Ik heb zelf als tiener op de Biblebelt voor gek moeten lopen in een lange rok. Ex-refo’s vertellen mij soms dat ze nog steeds fysiek misselijk worden als ze mensen in ‘bevindelijke’ outfit tegenkomen. Ik snap dat. Sonneveld: “… Je bent niet perfect en dat word je ook niet. Het is een valse belofte van manipulators, dat er zoiets als volmaaktheid valt te bereiken…”. Het leidt alleen maar naar een schijnheilig elkaar de maat nemen waardoor op den duur niemand meer zichzelf durft te zijn. Het dwingt iedereen met een masker op te lopen. “… Het is in feite volkomen absurd om van een preekstoel te donderen dat mensen zulke vreselijke wezens zijn, terwijl die intussen keurig en zwijgend naar je zitten te luisteren en je zelfs niet eens om je beledigingen in elkaar slaan…”.

 

De God in jou

Het troostende nieuws: “… Als je in een of andere God gelooft, dan kom jij voort uit die God en draag je nog veel van die God in jou…”. Dat is precies wat ik als gelovige heb ontdekt (zie ook Jonathan Sacks: "De kracht van ideeën"). We hoeven het contact met God dan ook niet uit te besteden aan kerken, moskeeën of ashrams, aldus Sonneveld (daar ‘vieren’ we ons geloof). Sterker, waarschijnlijk kan dat niet eens. Zie de beroemde godsdienstpsycholoog William James  die persoonlijke religie definieert als  “… de gevoelens, handelingen en ervaringen van individuele personen in hun eenzaamheid, voor zover zij overtuigd zijn in relatie te staan met wat zij voor het goddelijke houden…”. Op een diepgaande wijze behandelt Sonneveld het begrip ‘vergeving’ dat hij benadert als een zoektocht naar kracht, autonomie en mogelijkheden. Het is een manier om los te komen van het verleden. Te begrijpen wat er is voorgevallen. Je blik te verruimen. Je zult ook moeten gaan inzien welk aandeel je zelf hebt gehad in je verhaal. Zie Arthur Japin, die in zijn prachtige, rauwe roman "De overgave" een Amerikaanse opwekkingsprediker laat zeggen: "... Ik kan het laten donderen, weet u, als ik wil. Dat is de macht die mensen je geven, alleen doordat ze mij op het spreekgestoelte zetten en zelf gaan zitten luisteren. Je kunt ze met je woorden laten sidderen, maar alleen wanneer zij dat zelf graag willen...". Misschien kun je op den duur zelfs proberen met mildheid te kijken naar alles wat je dwarszit: “… Welke schatten liggen erin verborgen? Welke wijsheid heeft het ons te leren? Kunnen we er zelfs enige mate van vriendschap mee sluiten?...”. Wat ligt er verborgen in het duister? ‘De stront uit je verleden is de mest van je toekomst’, klinkt dan misschien wel heel makkelijk, niettemin is het de geleefde ervaring van miljarden mensen. Zie Tara Westover. Zie Israel van Dorsten.

 

Kom en zie

Sonneveld eindigt zijn verhaal positief. Natuurlijk bestaan er goede leiders. Gelukkig. “…Ze zijn niet perfect, ze maken fouten, maar aan het einde van de dag heeft hun team meestal de wereld net weer een tikje mooier gemaakt…”. Dé sleutel tot langetermijnsucces van een groep is onderling vertrouwen en psychologische veiligheid. Een frisse religieuze groep is geen commercieel bedrijf, maar lijkt eerder op een bibliotheek: “… Een ware God is geen bezit van iemand, net zoals de kennis en de schoonheid van boeken dat niet zijn…”. Een vitale groep stimuleert je zo veel mogelijk je eigen weg te gaan en je eigen queeste te ondernemen: “… De gezonde religieuze expert presenteert zichzelf niet als een directe kennisbron van God, maar als medestander in een gezamenlijke zoektocht. Een preek is geen doorgeefluik, maar een reisverslag…”. De kerk is er niet om terecht te wijzen, maar om uit te nodigen. Er is nooit een simpele waarheid en zekerheid bestaat niet. God is per definitie een mysterie. Wij vangen allemaal maar een glimp op van de Eeuwige. Als we die glimpjes bij elkaar leggen wordt ons beeld breder en groter en helderder. Dat is het mooie van een kerk.

 

Uitgave: Buijten & Schipperheijn - 2022,  288 blz., ISBN 978 946 369 196 3, 22,90

Rechtstreeks bestellen: klik hier

1 opmerking :

  1. Beste Evelien,

    Wat leuk om dit te lezen. Wat heb je het boek nauwkeurig en sympathiek weergegeven. Bedankt!

    Reinier Sonneveld

    BeantwoordenVerwijderen