Menu

zondag 29 mei 2022

Traumasporen – Prof. dr. Bessel van der Kolk

 

 

Subtitel: Het herstel van lichaam, brein en geest na overweldigende ervaringen

 

Ik kwam op het spoor van “Traumasporen” door het boekenprogramma ‘Brommer op zee’ van 12 december jongstleden, waarin Roxane van Iperen het als ‘levensveranderend’ betitelde. In feite is “Traumasporen” een dikke diepgravende psychologische studie, maar zo fantastisch geschreven dat zelfs een leek als ik het kon volgen. Van der Kolk vertelt hoe trauma je innerlijk fixeert: de tijd staat letterlijk stil. Ook al leef je uiterlijk verder (zie mijn vorige blog waarin Coen de Hoog het heeft over twee parallelle werelden). Je lijf vergeet niets – vandaar de oorspronkelijke titel: “The Body Keeps the Score”.  Trauma verandert je lichaam en hersenen. Werkt veel dieper door dan wat behapbaar is voor de ratio. Vaak helpen praattherapieën dan ook niet. Van der Kolk verheldert inderdaad op een weergaloze manier veel over wat er ín en óm ons gebeurt. “Eleison” lijkt er wel een casestudy bij.

 

Trauma raakt ons allemaal

De Nederlandse psychiater Bessel van der Kolk, die dertig jaar geleden een traumacentrum oprichtte in Boston (V.S.), komt met nog  veel heftiger cijfers dan Coen de Hoog in “Eleison” (zie mijn vorige blog). Uit onderzoek blijkt dat  “... een op de vijf Amerikanen seksueel misbruikt is als kind; een op de vier werd zodanig mishandeld door een ouder of verzorger dat er blijvende schade werd opgelopen; en een op de drie (echt)paren gebruikt fysiek geweld. Een kwart van de Amerikaanse bevolking is opgegroeid met alcoholverslaafde familieleden, en een op de acht is er getuige van geweest dat hun moeder werd afgeranseld of geslagen…”. Traumatische ervaringen drukken een stempel op onze geschiedenis, cultuur en families, waardoor duistere geheimen ongemerkt van generatie op generatie kunnen worden overgedragen. Trauma laat littekens na in onze geest, in onze emoties, in ons vermogen om vreugde en intimiteit te ervaren, in ons gestel en in ons immuunsysteem. “… Trauma raakt niet alleen hen die er rechtstreeks aan worden blootgesteld, maar ook de mensen om hen heen. Militairen die terugkeren uit gevechtzones kunnen hun gezinnen grote schrik aanjagen met hun woede-uitbarstingen, of kunnen hen diep raken door hun emotionele afwezigheid. De echtgenotes van mannen die lijden aan PTSS, vervallen vaak zelf in depressies en de kinderen van depressieve moeders lopen een gerede kans om onzeker en angstig op te groeien. Een kind dat is blootgesteld aan huiselijk geweld, heeft als volwassene vaak grote moeite om stabiele vertrouwensrelaties aan te gaan…”. Het laatste viel me op toen ik naar een uitzending van 'Filemon en de Complotten' keek. Alle mensen die geen enkele fiducie in de overheid zeiden te hebben, vertelden over een moeilijke jeugd, waar Filemon nadrukkelijk naar vroeg – zie hier. Trauma is per definitie niet te hendelen. Trauma brengt schade aan in bepaalde hersengebieden zodat bij de geringste aanwijzing van gevaar enorme hoeveelheden stresshormonen worden geactiveerd. Daarom zijn getraumatiseerde mensen overmatig waakzaam ten koste van het vermogen zich spontaan door het dagelijks leven te begeven, met alle gevolgen van dien (zie Femke in “Eleison” die totaal uit haar plaat gaat als haar dochtertje alleen maar een bekertje melk laat vallen).

 

Vietnamveteranen

Van der Kolks loopbaan als traumaspecialist begon  door zijn werk met Vietnamveteranen, die zichzelf niet meer de baas waren. Hun vermogen tot zelfbeheersing en zelfregulatie bleek finaal naar de knoppen. Hij vertelt over een hoogopgeleide advocaat die af en toe periodes in een motel overnachtte omdat hij bang was dat hij tijdens zijn explosieve woede-uitbarstingen zijn vrouw en kinderen wat aan zou doen. Getraumatiseerde ex-soldaten verzinnen van alles om zichzelf hoe dan ook te kalmeren: van excessief drinken en drugs gebruiken tot zelfbeschadiging en het opzoeken van extreem gevaar, door bijvoorbeeld als een gek op een motor rond te scheuren. Dan voel je tenminste dat je leeft. Allemaal hebben ze last van nachtmerries en onvoorspelbare flashbacks. Sommigen zijn emotioneel zo verdoofd dat ze praten over een ‘bevroren hart’. Hoe kun je dan nog wat voelen voor je geliefden? Mensen die volkomen vast zitten in het verleden zijn met geen mogelijkheid meer in staat in het hier en nu te leven, laat staan van het hier en nu te genieten. 

 

Schaamte

“… Al sinds mensenheugenis reageren strijders vaak op de dood van hun kameraden met afschuwelijke, gewelddadige wraakacties. Denk maar eens aan Achilles in Homerus’ ‘Ilias’…”. Het duurde maanden eer een veteraan Van der Kolk durfde te vertellen dat hij, nadat zijn hele peloton in een paar seconden werd neer gemaaid, in een vlaag van blinde woede in een naburig dorp verschillende kinderen doodde, een onschuldige boer neerschoot en een Vietnamese vrouw verkrachtte. Daarna werd het onmogelijk zijn vrouw in de ogen te kijken of vreugde te voelen bij de eerste stapjes van zijn kind. “… Een van de moeilijkste dingen voor getraumatiseerde mensen is dat ze de schaamte moeten overwinnen die ze voelen over de manier waarop ze zich gedroegen tijdens de traumatische gebeurtenis, of die schaamte nu wel of niet gerechtvaardigd is…”. Hetzelfde geldt voor kinderen die hun misbruiker gunstig probeerden te stemmen om te overleven, en hun verwarring over de vraag of men wel een slachtoffer was of een gewillig deelnemer (zie Femke in “Eleison” die zichzelf de schuld geeft omdat ze nooit ‘nee’ heeft gezegd). Het is ondraaglijk om de werkelijkheid onder ogen te zien. Ook voor omstanders. De meeste mensen zullen deze en mijn vorige blog liever niet willen lezen: “… Wij willen echt niet weten hoeveel kinderen er in onze samenleving worden mishandeld en misbruikt…”. Zie het succes van “De meeste mensen deugen” (wat gelukkig ook zo is, daar niet van):  “… We houden graag vast aan het beeld van het gezin als een veilige haven in een harteloze wereld, van ons eigen land als een plek die enkel bevolkt wordt door rationele, beschaafde mensen…”. De mens is een expert in wensdenken en verbloemen van de waarheid: “… De belangrijkste oorzaak van ons lijden bestaat uit de leugens die wij onszelf vertellen…”.

 

PTSS: een cluster van symptomen

Veel veteranen zoeken hun heil bij elkaar in praatgroepen waar een nieuw gevoel van broederschap ontstaat. Maar daarmee houden ze paradoxaal genoeg hun probleem in stand: “… Trauma creëert een scherpe grens tussen de wereld van mensen die weten hoe het was en de wereld van mensen die dat niet weten. Mensen die de traumatische gebeurtenis niet hebben meegemaakt, kun je niet vertrouwen, omdat zij het simpelweg niet begrijpen…”. Getraumatiseerde mensen zijn geneigd hun trauma op alles en iedereen om hen heen te projecteren, waardoor ze moeite hebben te bevatten wat er voor hun neus gebeurt. Ze worden voortdurend, op dwangmatige wijze, teruggeworpen op hun verleden. In hun hoofden blijft eenvoudigweg steeds dezelfde film afspelen. In de onderzochte veteranengroepen ging het dan ook  nergens anders over dan de belevenissen aan het front: “… Of het trauma nu tien jaar geleden plaatsvond of veertig jaar geleden, het lukte mijn patiënten niet om een brug te slaan tussen hun oorlogservaringen en het huidige leven…”. Gaandeweg werd duidelijk dat de ex-soldaten aan een cluster van symptomen leden: de posttraumatische-stressstoornis (PTSS). Als er maar één symptoom werd aangepakt bleek de behandeling niet te werken of de dingen juist erger te maken. Voor incestslachtoffers gold precies hetzelfde. In de tijd dat Van der Kolk met seksueel misbruik werd geconfronteerd, dacht men nog dat incest uiterst zeldzaam was. In de V.S. zou het slechts één op de miljoen vrouwen treffen. Het psychiatrisch handboek legitimeerde indertijd vader-dochterincest bijna, en leek het zelfs aan te moedigen. Het verminderde psychoses en zorgde voor betere aanpassing aan de buitenwereld, meende men. In werkelijkheid bleek incest echter rampzalige gevolgen te hebben en mensenlevens te ruïneren. Voor kinderen is het nog moeilijker om van angst en pijn te herstellen dan voor soldaten, omdat ze niet beschadigd worden door vijandige strijders, maar door hun eigen verzorgers. Meer dan de helft van alle verkrachtingen gebeurt bij meisjes die jonger zijn dan vijftien jaar. “… Met andere woorden, voor elke militair die in een overzees oorlogsgebied dient, zijn er dertig kinderen die gevaar lopen in hun eigen huis…”.

 

Pillen zijn ook niet alles

De ontdekking van de rol van hormonen en neurotransmitters (chemische boodschappers) in bloed en hersenen, maakte dat de oorzaak van geestesziekten werd beschouwd als een afwijking van de hersenen en chemische onbalans. Met als gevolg de opkomst van antipsychotica, antidepressiva en anxiolytica (angstremmers). Bij patiënten met PTSS bleek het stresshormoon cortisol laag, wat te begrijpen valt als je weet dat cortisol een einde maakt aan de stressreactie door het ‘alles-veilig’-signaal uit te zenden. Daardoor blijven de vecht/vlucht/verstijfsignalen actief nadat het gevaar geweken is, wat op de lange termijn een ravage aanricht qua gezondheid. Mensen kunnen verslaafd raken aan stress, omdat sterke emoties pijn blokkeren en de hersenen morfineachtige stoffen gaan produceren. De farmacologie bracht weliswaar een revolutie binnen het vakgebied van de psychiatrie teweeg, maar deed uiteindelijk misschien wel meer kwaad dan goed, volgens Van der Kolk. “… Het hersenaandoeningsmodel ontneemt mensen de controle over hun eigen lot en maakt artsen en verzekeringsmaatschappijen verantwoordelijk voor het oplossen van hun problemen…”. Geneesmiddelen zijn ook nog eens extreem winstgevend. Daarom publiceren gerenommeerde medische vakbladen zelden studies over alternatieve behandelingen. Pillen lossen de onderliggende problemen niet op: “… Mensen zijn sociale dieren en psychische problemen gaan gepaard met het onvermogen om met anderen om te gaan, nergens bij te passen of toe behoren, en in het algemeen niet in staat zijn om op dezelfde golflengte te komen…”. We vergeten dat “… (1) ons vermogen om een ander te vernietigen even groot is als ons vermogen om anderen te helpen genezen. Het herstellen van relaties en gemeenschappen is een centraal onderdeel van ons gevoel van welzijn; (2) taal geeft ons de mogelijkheid om onszelf en anderen te veranderen door het delen van onze ervaringen; het helpt ons om te bepalen wat we weten en om een betekenis en zingeving te vinden die we met elkaar kunnen delen; (3) we hebben de mogelijkheid om onze eigen fysiologie te reguleren, waaronder een aantal van de zogenoemde onwillekeurige functies van het lichaam en de hersenen, door middel van eenvoudige handelingen zoals ademhalen, bewegen en aanraken; en (4) we kunnen zorgen voor een verandering in onze sociale omgeving teneinde situaties te creëren waarin kinderen en volwassenen zich veilig kunnen voelen en kunnen groeien…”.

 

Woordeloos afgrijzen

Door middel van hersenscans kunnen we de binnenkant van hersenen bekijken. Uit onderzoek blijkt dat het angstcentrum, de amygdala, op tilt slaat als mensen geconfronteerd worden met beelden, geluiden, of gedachten die verband houden met traumatische ervaringen. Al zijn ze van nog zo lang geleden. De activiteit in het centrum van Broca, een spraakcentrum, neemt af: “… Alle trauma is preverbaal…”. De visuele schors licht juist op. Waar woorden tekort schieten nemen kwellende beelden het over, die terugkeren in dromen en herbelevingen. Trauma activeert ook nog eens de tijdloze, emotionele, intuïtieve rechterhersenhelft, en legt de rationele, logische linkerhersenhelft plat: “… Ongeacht hoeveel inzicht en begrip we ontwikkelen met betrekking tot ons verleden, het rationele brein is niet bij machte om de emotionele hersenen over te halen om de eigen werkelijkheid los te laten…”. Trauma ontstaat wanneer we niets kunnen ‘doen’, niet kunnen bewegen, niet kunnen rennen om ons vege lijf te redden. Na trauma wordt de wereld ervaren door een ander zenuwstelsel, dat verkeerde inschattingen maakt van risico’s en veiligheid. Een reset is nodig, want alle energie die het kost om de innerlijke chaos te onderdrukken kan tot een hele reeks lichamelijke symptomen leiden, waaronder slaapproblemen, overgevoeligheid voor licht en geluid, hoge bloeddruk, maagzweren, hoofdpijn, griep, rugklachten, morbide obesitas, long- hart- en leverziektes, kanker, fibromalgie, chronische vermoeidheid en andere auto-immuunziektes (ziekten waarbij het lichaam zichzelf aanvalt). Veel gezondheidsrisico’s op de lange termijn leveren op de korte termijn voordeel op: roken, drinken, drugs, overgewicht (minder kans op verkrachting of in elkaar geslagen worden). Er is berekend dat het uitroeien van kindermisbruik in de V.S. het totale percentage van depressie zou verminderen met meer dan de helft, alcoholisme met twee derde, en zelfmoord, intraveneus drugsgebruik en huiselijk geweld met driekwart.

 

Soepzooitje

Met allerlei plaatjes laat Van der Kolk zien hoe ons brein werkt. Het primitiefste deel bestaat uit de zogenaamde ‘reptielenhersenen’ die reageren op baby-niveau. Daarboven ligt het limbisch systeem, dat bekend staat als de ‘zoogdierhersenen’. Ze worden gevormd door onze ervaringen en hebben te maken met onze emoties en geheugen. De structuren zijn tot op latere leeftijd veranderbaar: “… Ze kunnen bijvoorbeeld ten goede veranderen door een hechte vriendschap of een fantastische eerste liefde, maar ook ten slechte door gebeurtenissen zoals een geweldsmisdrijf, meedogenloos gepest worden of verwaarlozing…”. Samen vormen ze de ‘emotionele hersenen’. De bovenste laag van de hersenen vormen de neocortex, ons rationele brein, dat kan worden uitgeschakeld bij acuut gevaar. Via de thalamus, een gebied in het limbisch systeem, komen onze gewaarwordingen binnen, waar er een goede soep van wordt gekookt. Vervolgens worden ze doorgestuurd (als eerste) naar het emotionele en (een splitting seconde later) rationele brein. Daarbij passeren ze een ‘rookmelder’, de amygdala, die uitmaakt welke gewaarwordingen serieus moeten worden genomen en welke verwaarloosd kunnen worden. Bij PTSS staan alle sluisdeuren echter wijd open. Een door trauma verkeerd afgesteld of defect alarmsysteem kan leiden tot uitbarstingen of teruggetrokkenheid. De frontale hersenkwabben in ons rationele brein functioneren als een wachttoren waardoor we de zaken overzien. Wanneer het remmend vermogen van dit hersengebied wordt verstoord, verliezen mensen iedere notie van betrekkelijkheid: “… ze kunnen bijvoorbeeld enorm schrikken door elk hard geluid, razend worden naar aanleiding van de kleinste tegenslagen, of volledig verstijven als ze worden aangeraakt…”. Bij ‘depersonalisatie’ voelen mensen helemaal niets meer. Het gebeurt vaak dat mensen alle herinneringen aan een traumatische gebeurtenis verliezen, om ze op een veel later tijdstip pas weer in stukjes en beetjes terug te krijgen. Mindfulness, meditatie en yoga kunnen de wachttorenfunctie van het rationele brein versterken. Ademhaling, beweging en aanraking kunnen het emotionele brein herkalibreren. Wanneer er een evenwicht bestaat tussen ons rationele en emotionele brein voelen we ons ‘onszelf’. Wanneer deze gebieden met elkaar in conflict raken ontstaat er een hevige innerlijke strijd die grotendeels wordt uitgevochten in het diepst van ons innerlijk: de buik, het hart, de longen. Overweldigende ervaringen worden afgesplitst en versnipperd, zodat emoties, geluiden, beelden, gedachten en fysieke gewaarwordingen een eigen leven gaan leiden. Kortom: er is geen soep van te trekken.

 

Lichaam en geest

Emoties zijn de onmisbare bron van motivaties die ons aanzetten tot actie. Via ons zenuwstelsel bestaat er een tweerichtingsverkeer tussen lichaam en geest. Vandaar uitdrukkingen als ‘misselijkmakend’ of ‘hartverscheurend’. Ons zenuwstelsel is afgesteld op gas geven of remmen: inademen activeert, uitademen laat ons tot rust komen. Deze emotionele afstemming op onze omgeving wordt geregeld door ons zogeheten ‘arousal-systeem’. Alles draait om wederkerigheid. Wij zijn ‘groepsdieren’. Zonder anderen blijft er weinig van ons over. Zelfs als we alleen zijn, lezen we een boek of luisteren we naar muziek die door derden is gemaakt. Wanneer we ons bedreigd voelen, schakelen we instinctief over op het eerste veiligheidsniveau: sociale betrokkenheid. Wanneer er niemand is die ons te hulp schiet, schakelen we over naar het tweede niveau: vechten of vluchten. Deze paniekerige zoogdierreactie wekt een gevoel van kracht en energie op: zie de agressie in het verkeer. Bij niveau drie is het reptielenbrein aan zet: verstijven of ineenstorting. Het bewustzijn wordt op een laag pitje gezet zodat het zo min mogelijk energie gebruikt. We zien eruit als zombies. Zie de in elkaar gekronkelde, doodstil liggende slangen in de dierentuin. Wanneer onze rookmelders kapot zijn weten we niet meer wanneer we moeten vechten of vluchten. Vandaar dat vrouwen met een vroege geschiedenis van misbruik en verwaarlozing zeven keer meer kans lopen om als volwassenen te worden verkracht. Kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld worden later vaak de slachtoffers.  Mensen die vast komen te zitten in verkeerde veiligheidsmechanismen kunnen geholpen worden door hun sociale-betrokkenheidssystemen als het ware opnieuw uit te vinden (spel, theater, koorzang). “… Als kinderen opstandig, defensief, afgestompt of woedend zijn, is het ook belangrijk te bedenken dat dergelijk ‘slecht gedrag; wellicht een patroon herhaalt van gedragingen waarvan deze kinderen zich bedienden om ernstige gevaren te kunnen overleven, zelfs als die gedragingen zeer verontrustend of onaangenaam zijn…”.

 

De blauwdruk van onze wereld

Van der Kolk beschrijft wat scheiding tussen lichaam en geest met je doet. Wanneer je door middel van introspectie geen zelfgevoel dan wel zelfbewustzijn ontwikkelt, kun je geen heer en meester zijn over jezelf. Soms is introspectie te pijnlijk. Gevoelens kunnen onderdrukt en uitgeschakeld worden, met als ultieme uiting ‘depersonalisatie’. Sommigen herkennen zichzelf niet eens in een spiegel! Trauma schakelt ons innerlijk kompas uit en berooft ons van de verbeelding die nodig is om iets beters te creëren. “… Velen van mijn patiënten reageren niet op stress door die op te merken en te benoemen, maar door migraine of astma-aanvallen te krijgen…”. Bij ‘alexithymie’, Grieks voor ‘geen woorden hebben’, wordt de emotie vervangen door een handeling (bijvoorbeeld schoonmaakwoede). Negatieve emoties worden dan ook vaak geregistreerd als een fysiek probleem in plaats van een signaal dat er iets is wat aandacht verdient: “… Bang zijn betekent dat je in een lichaam leeft dat altijd op zijn hoede is. Boze mensen wonen in boze lichamen…”. Van der Kolk gaat diep in op de veilige dan wel onveilige gehechtheid van kinderen, omdat deze een staalkaart vormt voor latere relaties. “… Als onze ouders of grootouders steeds tegen ons zeggen dat we het schattigste, kostelijkste wezen in de hele wereld zijn, dan stellen we geen vragen bij hun oordeel – we gaan ervan uit dat we dat dan inderdaad wel moeten zijn. Wat we verder ook nog over onszelf leren, diep vanbinnen dragen we dat gevoel voor altijd bij ons: dat we in principe aanbiddelijk zijn. Mochten we later iemand tegenkomen die ons slecht behandelt dan zouden we ons diep verontwaardigd voelen…”.

 

Enorm ontzag

Van der Kolk vindt het verbazingwekkend dat hulpverleners het zelden hebben over de afschuwelijke ervaringen die kinderen hebben meegemaakt, of over het effect van trauma’s op hun gevoelens, gedachten en zelfregulatie. In plaats daarvan staan de medische dossiers bol van diagnostische etiketten als 'bipolaire stoornis', waar we met z’n allen alles van af weten sinds ‘Homeland’ met Carrie Mathison, ‘disruptieve stemmingregulatiestoornis’, wat inhoudt dat het kind last heeft van driftbuien of ‘oppositioneel-opstandige gedragsstoornis’ wat eigenlijk betekent: ‘dit kind heeft een hekel aan me en weigert te doen wat ik hem opdraag’. ADHD is een ‘comorbide’ diagnose voor bijna alles. Wordt het onderliggende trauma niet vertroebeld door deze sneeuwstorm van diagnoses? “… Tegen de tijd dat ze twintig jaar oud zijn, hebben veel patiënten al minstens vier, vijf of zes indrukwekkende maar nietszeggende etiketten opgeplakt gekregen…”. Al deze labels zijn in feite facetten van evenzoveel wanhopige pogingen om te overleven. Als de diagnose niet klopt, klopt de behandeling ook niet. Heel ons leven stoelt op onze kinderjaren: “… Stroufe vertelde me ooit in vertrouwen dat hij dacht dat veerkracht op volwassen leeftijd voorspeld kon worden door hoe lief moeders hun kinderen op tweejarige leeftijd vinden…”. Voor misbruikte kinderen is de hele wereld gevuld met nare triggers die hun bizarre gedrag verklaart. De kernproblemen van chronisch getraumatiseerde kinderen en volwassenen uiten zich in diepgaande biologische en emotionele ontregeling, afwezige of gestoorde gehechtheid, concentratie- en aandachtsproblemen, en een zeer gebrekkig besef van een samenhangende persoonlijke identiteit en competentie. “… Deze kwesties overstijgen en omvatten bijna alle diagnostische categorieën, maar iedere behandeling die ze niet op de eerste plaats zet, zal hoogstwaarschijnlijk falen…”.  Verandering begint wanneer we leren om onze emotionele hersenen te accepteren: “… Alleen als we geleerd hebben om te verdragen wat er vanbinnen gebeurt, kunnen we een begin maken met het omarmen van in plaats van het afsluiten voor de emoties die ervoor zorgen dat onze kaarten zo onwrikbaar en onveranderlijk zijn…”. Even verder: “… Onze grote uitdaging is om de lessen van de neuroplasticiteit, de flexibiliteit van de hersencircuits, toe te passen om zodoende de hersenen opnieuw te ‘bedraden’ en de geest te reorganiseren van mensen die geprogrammeerd zijn door het leven zelf om anderen als een bedreiging te zien en zichzelf als hulpeloos te ervaren…” (zie in dit verband ook wat godsdienstdeskundige Karen Armstrong in “Compassie” zegt over hetzelfde fenomeen). Over zichzelf: “… Ik kwam stilaan tot de conclusie dat het enige wat het mogelijk maakt om dit werk te doen een enorm ontzag is voor het vuur waarmee mijn patiënten probeerden te overleven en het misbruik te doorstaan, om vervolgens de donkere nachten in hun ziel te verdragen die onvermijdelijk optreden op de weg naar hun herstel…”.

 

De genezende kracht van verbondenheid

In het laatste gedeelte schrijft Van der Kolk over het herstellen van trauma. Het rationele brein kan geen emoties, gevoelens of gedachten ongedaan maken. Bij cognitieve gedragstherapie wordt een trauma simpelweg herleefd in plaats van verwerkt. Begrijpen waaróm je iets voelt verandert niet hóe je je voelt: “… hoe uitzinniger we ons voelen, hoe meer het rationele brein wijkt voor emoties…”. De eerste stap om te kunnen veranderen is jezelf openstellen voor je innerlijke ervaring. De tweede stap is om die ervaringen te benoemen. Een simpele manier die heel goed werkt is brieven schrijven aan jezelf. De volgende stap is de wisselwerking tussen je gedachten en je fysieke gewaarwordingen te observeren en te tolereren. Dat kan alleen in een kalme, aandachtige toestand, die eerst gecreëerd moet worden. Therapie is een gezamenlijk proces, een gemeenschappelijke ontdekking van jezelf. Dat gaat niet zonder sympathie voor je therapeut. Wat ons helpt gelijkmoedig en in balans te komen, zijn non-verbale activiteiten als mindfulness, yoga, oosterse vechtsporten, kunst, muziek en dans. Van der Kolk vertelt hoe hij kinderen weer in hun lichaam heeft gekregen door hen onder te dompelen in een ballenbak, te helpen met schommelen en onder verzwaarde dekens te kruipen. Samen spelen levert aansluiting en vreugde op. Belangrijk is dat mensen met trauma zich (opnieuw) leren te verbinden met medemensen. Dat gaat vaak heel goed via honden en paarden. Gemeenschappelijkheid heeft een enorme genezende kracht.

 

Godvergeten eenzaamheid

Verwarring en geen woorden kunnen vinden zijn aan de orde van de dag in therapiepraktijken (en rechtbanken): “… Trauma zorgt dat wij met stomheid worden geslagen, maar de weg ervandaan is geplaveid met woorden, zorgvuldig bij elkaar gesprokkeld, woord voor woord, totdat het hele verhaal kan worden onthuld…”. Zwijgen leidt tot dood van de ziel: “… Zonder taal en context is je bewustzijn waarschijnlijk beperkt tot: ‘Ik ben bang’…”. Trauma ontmenselijkt. Zicht krijgen op je angst en die delen met anderen kan het gevoel herstellen dat je deel uitmaakt van het menselijk ras. Biedt het hoofd aan ‘godvergeten eenzaamheid’. Het ontdekken van je zelf in termen van taal is altijd een openbaring: alsof je opnieuw wordt geboren. Van der Kolk bespreekt de opmerkelijke resultaten van EMDR, waarbij gewerkt wordt met het bewegen van de vingers voor de ogen van de patiënt, terwijl er traumatische gebeurtenissen herinnerd worden. Hoe het werkt weet men niet precies, maar waarschijnlijk heeft een en ander verband met wat er gebeurt in de remslaap, de fase waarin dromen optreden. Tijdens de remslaap flitsen onze ogen ook heen en weer. “… Hoe minder remslaap we krijgen, hoe groter de kans is dat we depressief worden…”. Een hoofdstuk gaat over hoe yoga getraumatiseerde mensen kan helpen om zich op hun gemak te voelen in hun gekwelde lichamen, en wat ademhaling daarbij doet.

 

Op zoek naar het onbeschadigde Zelf

Op een fascinerende manier beschrijft Van der Kolk de ‘meervoudige persoonlijkheid’ oftewel ‘dissociatieve identiteitsstoornis’ (DIS). Wat mij betreft is het mooiste wat hij daarover zegt: “… Onder het oppervlak van de beschermende delen van getraumatiseerde mensen bestaat er nog altijd een onbeschadigde essentie, een Zelf dat zelfverzekerd, nieuwsgierig en kalm is, een Zelf dat beschut is gebleven tegen de verwoesting door de verschillende beschermers die ontstonden in hun poging om te overleven. Zodra de beschermers erop durven vertrouwen dat het veilig is om zich daarvan los te maken, zal het Zelf spontaan tevoorschijn komen en kunnen de delen worden ingezet voor het genezingsproces…”. Dit is precies wat het geloof mij heeft geleerd: dat er ín jou, en in iedereen, een goddelijke kern is. Ik heb altijd het gevoel, dat als we dat vergeten, we de essentie van ons mens-zijn kwijt raken. Van der Kolk heeft het erover dat het Zelf weer de dirigent moet worden van het orkest ín ons. Aangezien maar liefst negentig procent van de menselijke communicatie plaatsvindt in het non-verbale gebied van de rechterhersenhelft, zijn de resultaten van psychosomatische therapie, waarin onder meer gewerkt wordt met rollenspel, ronduit verbluffend: “… Het is alsof je de film van je leven terugspoelt en de belangrijkste scènes herschrijft…”. Wanneer mensen in een veilige groep gespiegeld en bevestigd worden begint zich een nieuwe realiteit te vormen: “… We kunnen natuurlijk nooit ongedaan maken wat er werkelijk is gebeurd, maar we kunnen wel nieuwe emotionele scenario’s bedenken die intens en echt genoeg zijn om de oude te weerleggen en onschadelijk te maken…”. Een en ander deed mij sterk denken aan de ‘bevestigingsleer’ van dr. Anna Terruwe - zie mijn blog over “De frustratieneurose”.

 

Emotionele intelligentie

Hersenactiviteit is afhankelijk van zowel chemische als elektrische signalen. In de hersenen liggen circuits waar elektrische signalen doorheen zoeven om gedachten, gevoelens en gedrag te genereren. ‘Neurofeedback’ is een computertechniek waarbij de hersenen worden gestabiliseerd door ze als het ware opnieuw te bedraden: “… In sommige opzichten is neurofeedback vergelijkbaar  met het kijken naar iemands gezicht tijdens een gesprek. Als je een glimlach ziet of een klein knikje, word je beloond en ga je door met het vertellen van je verhaal of het maken van je punt. Op het moment dat je gesprekspartner er verveeld begint uit te zien, fronst of wegkijkt, maak je daarentegen een einde aan je verhaal of verander je van onderwerp. Bij neurofeedback is de beloning een toon of beweging op het scherm in plaats van een glimlach en bestaat remming uit iets dat veel neutraler is dan een frons – het is simpelweg een ongewenst patroon…”. Verder bespreekt Van der Kolk nog de levensveranderende kracht van toneel voor traumapatiënten: “… Theater biedt een unieke manier om toegang te krijgen tot een compleet scala van emoties en fysieke gewaarwordingen die hen niet alleen in contact brengen met de gebruikelijke ‘verzameling’ die zij hun lichaam noemen, maar hen ook in staat stellen om alternatieve manieren van leven te verkennen…”. Even verder: “… We genezen trauma zonder het woord ooit uit te spreken…”. Van der Kolk eindigt met een hartstochtelijk pleidooi inzake traumabewustwording op politiek- en onderwijsniveau. “… Armoede, werkloosheid, slechte scholen, sociaal isolement, grootschalige beschikbaarheid van vuurwapens en benedenmaatse huizen zijn allemaal broedplaatsen voor trauma. Trauma kweekt verdere traumatisering: gekwetste mensen kwetsen andere mensen…”. Na de zoveelste school shooting van afgelopen week hoef je dat niemand meer uit te leggen, zou je denken. “… Trauma verwoest het sociale-betrokkenheidssysteem en verstoort samenwerking, wederzijdse koestering en het vermogen om als een productief lid van een groep te functioneren…”. Alles draait om gekend en gezien worden: “… Voor zowel volwassenen als kinderen geldt dat we vertrouwd moeten zijn met onze innerlijke wereld en nauwkeurig moeten kunnen bepalen wat ons bang, boos of blij maakt om onszelf te kunnen beheersen. Emotionele intelligentie begint met het benoemen van je eigen gevoelens en het afstemmen op de gevoelens van mensen om je heen…”.

 

Uitgave: Mens! – 2016, 575 blz., ISBN 978 946 316 031 5, 41, 50

Rechtstreeks bestellen: klik hier


Geen opmerkingen :

Een reactie posten