vrijdag 6 januari 2012
Nacht over Westwoud – Wanda Reisel
Een waarnemend huisarts komt in een dorp terecht waar de emoties hoog op lopen vanwege de rituele slacht rond het islamitisch offerfeest. Een hot item, dus (sommmige mensen lijken zich beter te kunnen verplaasten in het gevoelsleven van een kip dan in dat van een gelovige; twitterde onlangs een leuke politicus).
Toch vind ik deze roman, die een beetje het midden houdt tussen een streekroman en een thriller, geen fijn boek. Dat ligt zeker niet aan de schrijfstijl, die verrassend en spannend is, vooral in het begin. Ik had nog nooit wat van Wanda Reisel (Willemstad-1955) gelezen; ik vind haar een knappe schrijfster.
Wat mij tegenstaat draait om de inhoud. Die knaagt aan mijn identiteit als christen.
Ik zal het proberen uit te leggen.
In de eerste plaats de benadering van seksualiteit.
In het verhaal komt een meisje voor met het Downsyndroom. Haar conversatie bestaat, ondanks haar z.g. bijdehandheid, voornamelijk uit het roepen van allerlei benamingen voor geslachtsdelen. Iedereen moet daar vreselijk om lachen omdat dat van haar onschuld zou getuigen. Ik vind een geestelijk gehandicapte, die op dit punt blijkbaar geen corrigerende opvoeders om zich heen heeft, helemaal niet leuk. Eerder ontzettend ‘zielig’. Ik denk dat de meeste mensen, als ze met dit meisje geconfronteerd zouden worden, in hun hart denken: ‘gelukkig is ze niet van mij…’. Ze brengt je in verlegenheid. Dat bouwt haar persoonlijkheid niet op, dat breekt haar af. Ik kan daar onmogelijk het barmhartige van in zien; ik vind dat het standpunt dat de roman hierover huldigt haar menselijke waardigheid aantast.
Daarnaast wordt het meisje verkracht. Er volgt een medisch onderzoek dat op bijna voyeuristische wijze uit de doeken wordt gedaan. Dat dient nergens toe en is stuitend; het gaat toch al om zo’n kwetsbaar kind.
Verder heb ik niets met de huwelijksverhoudingen in het boek. ‘Trouw’ is niet aan de orde. Mannen gaan zonder scrupules vreemd, en hun vrouwen pikken dat gewoon. De roman is hierin totaal onrealistisch. Als je je huwelijk kapot wilt hebben moet je je vooral zó gedragen.
De manier waarop een vader zijn zoon instrueert op het gebied van seks draait alleen om lust. Vrouwen degraderen tot gebruiksvoorwerpen. Daar heb ik niet alleen iets tegen als gelovige, maar ook als feministe. Vrouwen zijn mensen met gevoelens; weet je nog?!
Ik ben absoluut niets tegen seks in literatuur. Eros en Thanatos: daar draait het leven om. Maar juist omdat seksualiteit zo’n enorme kracht is moet seks m.i. op een integere, eerlijke en voorzichtige manier aan de orde komen die past binnen een context. Er is op dit gebied al genoeg rotzooi in de wereld; juist literatuur die literatuur pretendeert te zijn zou het verschil moeten maken.
In de tweede plaats vind ik Wanda Reisel in haar eigen zwaard vallen, wat het thema van dit boek aangaat: vreemdelingenhaat en discriminatie.
Zij laat een xenofoob dorp voorbijtrekken dat om uiteenlopende redenen niets moet hebben van buitenlanders.
Opgehitste dronken boerenkinkels worden compleet achterlijk neergezet. Elk zelfstandig denken is hen vreemd en ook zij blèren voornamelijk in geslachtsdelen-taal. Uiteindelijk gaan ze de tijdelijk invallende Joodse dokter te grazen nemen.
Nu maak ik mij geen illusies over het denken betreffende vreemdelingen in gesloten boerengemeenschappen, maar dat ze daar ooit een arts gaan molestreren vanwege zijn Joods-zijn, gaat er bij mij niet in. Boerenjongens zijn geen neo-nazi’s. Ze hebben allemaal op school gehoord over WO II en “Snuf de hond” gelezen. Ze zullen eerder door het vuur gaan voor de Joodse gemeenschap. Zelfs meneer Wilders is hartstikke pro-Israël.
In het boek wordt de Koerdische stagiair van een dierenarts door hen dwars gezeten. Ik denk eerder dat die boeren-eigenheimers bewondering zouden hebben gehad voor de kundige manier waarop hij met hun paarden weet om te gaan. Het ambacht is hen heilig. Ik denk dat hij niet meer stuk zou kunnen. De enige ‘goede buitenlander’ zou zijn geweest, of iets dergelijks. Hoe ik dat allemaal weet? Ik heb boerenfamilie in Kootwijkerbroek, Scherpenzeel en Ederveen. Ik heb in Elburg gewoond en gewerkt, en momenteel leef ik op Walcheren.
Ik herken dit niet.
Wat er dan nog bijkomt: de aanvoerder van deze boerenjongens is een steile ouderling. De enige christen in het dorp. Een afschuwelijke, wellustige kerel die het verstandelijk gehandicapte meisje misbruikt en de schuld in de schoenen van de buitenlandse stagiair steekt. Hij dwingt zijn vrouw ook nog eens tot walgelijke seks-tegen-haar-zin. Negatiever kun je iemand niet neerzetten. Zijn vrouw gelooft trouwens allang niet meer, maar durft dat niet tegen hem te zeggen.
Ook de vrouw van de overleden predikant van het dorp komt melden dat zij en haar man in het verleden zijn gestopt met geloven, maar de schijn ophielden, om de dorpelingen een geestelijke crisis te besparen (why – die dorpelingen zijn immers allemaal ongelovig?). Moraal van het verhaal: wat is het toch ontzettend dom en achterhaald om tegenwoordig nog christelijk te zijn…
Iedere nuance is Wanda Reisel vreemd. Dit boek is zo akelig zwart-wit dat het me een beetje deed denken aan de affiches in Nazi-Duitsland waarop joden werden afgebeeld als de meest weerzinwekkende, oversekste, huichelachtige wezens die er bestaan. Je kunt dat overdreven vinden, maar stel je voor dat iemand die niets weet over christenen een stuk of tien van dit soort boeken leest. Hoe denkt zo’n iemand daarna?
Literatuur is beeldbepalend. Schrijvers horen zich daar bewust van te zijn; zij dragen daarin verantwoordelijkheid. Ik had echt iets van: hallo, mogen ‘wij’ misschien ook nog leven? Als je meent over de rug van boeren en christenen discriminatie aan de kaak te moeten stellen, bezondig je je aan precies hetzelfde kwaad. Wat bereik je daarmee?
Verder komt er niemand op het idee de burgemeester of de politie in te schakelen als het dorpsgebeuren uit de hand dreigt te lopen. Het dorp speelt eigen rechter. Terwijl er toch behoorlijk wat hoger-opgeleiden rondlopen. Het verhaal eindigt ermee dat de waarnemend arts met een karabijn op zolder zit te wachten tot de eerste boer zijn tronie door het trapgat steekt. Maar goed ook, want hier kan enkel nog een bloedbad op volgen en die hebben we het afgelopen jaar al genoeg in het echt gezien.
Ik vind dit boek ongefundeerd, vooringenomen en zonde van de literaire kwaliteiten van Wanda Reisel. Ik zou hier een andere roman over vreemdelingenhaat tegenover willen stellen: ‘Het verslag van Brodeck’ van Philippe Claudel. Lees dit en je weet wat ik bedoel.
Ik houd van kritische blikken op het christendom; mits die terecht zijn. Ik vind het prima als mij een spiegel wordt voorgehouden: daar leer ik alleen maar van. Daarom recenseer ik ook met liefde boeken als ‘Vurige tong' van Ann De Craemer (zie mijn blog van 9.7.'11) en ‘Wij zijn ons brein’ van Dick Swaab (zie mijn blog van 30.10.'11). Die zijn ‘echt’. Het is goed als je jezelf uitlegt; dat bevordert het wederzijdse begrip. Maar dan moet dat wel op een wezenlijke manier gebeuren. Ik vind dit verhaal kitsch van de bovenste plank. Het slaat nergens op.
Uitgave: Contact - 2011
Abonneren op:
Reacties posten
(
Atom
)
prachtige recensie, u kunt als geen ander reccenseren.
BeantwoordenVerwijderen