zondag 13 mei 2012
Het familieportret – Jenna Blum
Zag “Het familieportret” bij een vriendin in de kast staan: het meest verkochte boek van 2011 en nog steeds niet uit de top-20 weg te slaan. En dat als ‘slow burner’ (stil succes), dus enkel door mond-op-mond reclame. Hoog tijd dat ik het eens zou lezen. Heb het gelijk achterover gedrukt.
Gaat over een moeder-dochterrelatie. Dochter, hoogleraar Duitse geschiedenis aan een universiteit in de V.S., is geobsedeerd door een oude foto waarop zij als peuter op schoot zit bij haar moeder, met achter hen een onbekende man in SS-uniform. Is dat haar vader? Haar Duitse moeder zwijgt al vijftig jaar in alle talen over wat er ooit allemaal gebeurd is. De lezer krijgt het verhaal van die moeder, Anna, in flashbacks, echter wél voorgeschoteld. Hier is dus met recht sprake van wat je noemt: een ‘auctoriale’, een ‘alleswetende’ verteller.
Anna’s geschiedenis begint met dat ze met de hond van haar vader (moeder is overleden), een vadsige teckel die dreigt te stikken doordat iets zijn luchtpijp verstopt, naar de dichtstbijzijnde huisarts rent, om zijn leven te redden. Blijkt een hele leuke dokter te zijn, en wat haalt hij uit de keel van het dier: een stuk maandverband. Jawel. Ik dacht even dat ik in de bouquetreeks was beland. Van alles wat zo’n beest ingeslikt zou kunnen hebben, uitgerekend maandverband… Echter: niets menselijks is die huisarts vreemd, en de beschaamde Anna is zo mooi, dat de meeste mannen die ze tegenkomt bijna omvallen: dus daar komt een relatie van. Het zou een prachtig sprookje kunnen zijn ware het niet dat het anno domino 1939 is, de plaats van gebeuren: Weimar, de vader: een lompe nazi en de arts: een joodse man. Anna laat hem stiekem onderduiken in haar eigen huis. En eindelijk, eindelijk (we zijn inmiddels op blz. 53) durft hij haar op een dag op de trap te zoenen, en met zo’n heftigheid haar jurk open te rukken dat “… de knopen eraf springen en worden verstrooid op de treden…”. In het NRC van 16 januari 2012 luidt de titel van een artikeltje over dit boek dan ook niet voor niets: “Liefdesroman of Holocaustkitsch?”.
Eerlijk is eerlijk: hiermee houdt de clichématigheid eigenlijk wel zo’n beetje op en ontrolt zich een razend spannend en vooral ook zeer makkelijk leesbaar verhaal met soms zelfs opvallend verrassende beeldtaal: “… Hoewel voor de Duitsers ‘stunde null’ is aangebroken en zij de tektonische platen van hun leven in nieuwe, onherkenbare patronen schuiven, …”, en dit, over traumatische herinneringen: “… Anna is niet de enige die geplaagd wordt door dergelijke beelden; in hun constante gesmeek om aandacht ellebogen deze hardnekkige verschijningen zich langs de realiteit. Ze heeft anderen gezien, inwoners van Weimar net zo goed als Amerikaanse soldaten, die op het midden van de weg als een klok stilstonden en niet naar iets voor hun ogen staarden, maar naar iets wat zich voor hun geestesoog afspeelde. De wetenschap dat zij niet de enige is, biedt weinig troost en dit jubelende voorjaarsvertoon is niet te vertrouwen. Het leven is een geglazuurde taart gemaakt van wormen (Anna is bakker)….”, of dit, over haar eenzelvigheid: “… Als Anna, de meest teruggetrokken vrouw aller vrouwen, gedwongen zou worden om als klap op de vuurpijl een kamergenoot te verdragen (in een verzorgingstehuis), zou ze volgens Trudy (haar dochter) het glas in de badkamer breken en op haar gemak alle stukjes opeten…".
Op een dag komt Anna thuis en is haar arts verdwenen, waarschijnlijk door toedoen van haar vader. Ze ontvlucht haar ouderlijk huis en vindt onderdak in een bakkerij, waar ze een kindje ter wereld brengt: Trudy. Ze weet alles van het nabijgelegen concentratiekamp Dachau, gaat zich samen met de bazin van de bakkerij bezig houden met het verzet - een levensgevaarlijke onderneming die de laatste met een liquidatie bekoopt, en Anna in de macht brengt van hauptsturmführer Von Schöner. Zij mag leven: in ruil voor seks. De man heeft haar volkomen in de tang, doet met haar wat hij wil, en dat wordt allemaal zeer ‘plastisch’ omschreven, zal ik maar zeggen. Is dat nu nodig voor dit verhaal, vragen sommige recensenten zich af. “Seks sells”; denk ik dan maar. In dit boek net zo goed als in iedere flutroman of hoog literair genre à la Giphart. Kijk maar naar de verkoopcijfers. Ik heb me er ook niet aan geërgerd. Ik denk dat dit het universele verhaal is van alle vrouwen die overal, in allerlei omstandigheden en over de hele wereld, onderdrukt worden door mannen. Misschien brengt seks zo-bij-zo altijd wel een element van 'macht' met zich mee. Het verhaal vertelt vanuit de vrouwelijke beleving, wat ik alleen maar toejuich, omdat dat naar mijn idee veels te weinig gebeurt.
Bovendien: Anna is niet totaal machteloos. Die hauptsturmführer is zo verslaafd aan haar lichaam dat ze hem op de een of andere manier ook weer in haar macht heeft. Ze gebruikt die macht net zo goed: terwijl de rest van Weimar omkomt van de honger, heeft zij het in het begin redelijk goed door alle spullen die haar minnaar meebrengt. Iets wat de stadsbewoners haar hoogst kwalijk nemen aan het eind van de oorlog. Terwijl ze haar belagen wordt ze ‘gered’ door een Amerikaanse soldaat die haar meeneemt naar zijn boerderij in Minneapolis. Later, in een heftige confrontatie met haar dochter, zegt ze: “…Ik deed het allemaal voor jou…”.
Aan het eind van het boek worden er indringende lezersvragen gesteld in de trant van ‘wat zou jij hebben gedaan?’. Daar kun je best een poosje over nadenken. Natuurlijk is de situatie van Anna onvoorstelbaar, maar ik maak mij geen illusies. Ik denk dat ik heel wat, er zo niet alles voor over zou hebben, om mijn ‘vege lijf te redden’. Ik moest aan die geïdealiseerde rooms-katholieke heiligenlegendes denken waarin vrome maagden zichzelf laten opspietsen om hun eer te bewaren. Dat slaat toch helemaal nergens op; zo zitten we niet in elkaar. Tenminste; ik niet. Ik denk dat ik mijn godsdienstige principes al heel gauw aan mijn laars zou lappen.
Voor haar werk interviewt Trudy Duitsers. Vraagt hen hoe ze de oorlog hebben verwerkt (de schrijfster heeft in het echt ook interviews afgenomen voor de Shoah Foundation van Steven Spielberg). Allerlei zienswijzen passeren de revue. Iedereen kampt met schuldgevoelens na de oorlog. Niets is zwart-wit: “… Rainier (een geliefde van Trudy) buigt zijn hoofd. Hij blijft even zo zitten en staart naar het tapijt. Dan wendt hij zich tot Trudy. ‘Dus je ziet,’ zegt hij zacht, ‘we schamen ons allemaal wel op de een of andere manier. Wie van ons is niet besmet door het verleden?’…”.
Tijdens die interviews komt Trudy iemand tegen die de oorlog heeft overleefd dankzij de heldendaden van haar moeder, en zo komt ze er alsnog achter dat zij de dochter is van een omgekomen joodse arts. Ze kan opgelucht ademhalen. Eind goed, al goed, zou je denken – alhoewel niet helemaal: Trudy blijkt geen relatie aan te kunnen. En haar collega doet nog wel zo haar best: “… Na Trudy’s scheiding heeft de goedbedoelende Ruth, die ontzettend graag wilde dat Trudy hertrouwde, haar een tijd lang aan een reeks potentiële huwelijkskandidaten voorgesteld. En Trudy heeft een tijdje meegespeeld, zich door eindeloze etentjes heen geslagen, waar ze altijd werd neergezet naast de beschikbare vrijgezel die Ruth weer tevoorschijn had weten te toveren – het maakte niet uit of die opgeblazen, kalend, dik of blufferig was, als hij maar ademhaalde en vrijgezel was…”. Tsja… Ook voor Anna is het onmogelijk haar Amerikaanse echtgenoot onbelemmerd te beminnen. Als een spook schuift de obersturmführer steeds tussen hen in. Ze denkt dat hij haar vermogen om lief te hebben voorgoed heeft verwoest. In ieder geval is Anna niet meer in staat zich aan wie dan ook te hechten.
Iemand had het in dit verband in een bespreking over het Stockholmsyndroom: het psychologische gegeven dat je van je belager gaat houden. Ik weet het niet. Dit is natuurlijk een heel heftige situatie. Wat ik wel denk is dat meiden/vrouwen in onze cultuur veels te makkelijk en naïef over seksuele relaties denken. Seks gaat je niet in de koude kleren zitten. Hoe jij nu met je seksuele contacten omgaat, heeft invloed op je contacten later. Ik herinner mij een column in de Volkskrant waarin Ronald Giphart schrijft dat mannen aan het eind van hun leven zeggen dat ze spijt hebben van de kansen op seks die ze hebben laten lopen, terwijl vrouwen zeggen dat ze spijt hebben van die keren waarop ze seks hebben gehad met anderen dan hun geliefde. Dat bracht mij weer bij een stukje uit de Bijbel. Heb je haar weer met die Bijbel, hoor ik sommigen al roepen. Ik ben nu eenmaal christen; voor mij is de Bijbel belangrijk – ik denk gewoon dat bepaalde oude teksten een kern van waarheid bevatten die misschien wel oneindig veel dieper gaat dan wij beseffen. Nou, in die Bijbel dus, staat dat de vrouw als straf voor het eten van de verboden vrucht in het paradijs, ‘met smart kinderen zal baren’, maar ook dat ‘naar haar man haar begeerte zal uitgaan’. Wat dat dan ook mag betekenen: in ieder geval staat dat er niet over mannen. Het lijkt erop te duiden dat vrouwen hopeloos verknocht raken aan degene met wie ze het bed delen. Daar zouden ze uit zelfbescherming veel meer over na moeten denken. Soms denk ik wel eens: wat doe je jezelf aan!? Trouwens, na dat gedeelte van die tekst volgt: ‘en de man zal over u heersen’… Het zou zo als motto op de omslag van dit boek kunnen. Genesis 3:16.
De roman haakt in op een trend die we de laatste jaren, en met name ook tijdens de afgelopen 5-mei herdenkingen, steeds vaker zien: naarmate wij verder van de oorlog af komen te staan krijgen we steeds meer oog voor het lijden van de Duitsers zelf. Vaak zijn ze neergezet als monsters; maar de meesten waren mensen ‘van gelijke beweging als wij’. Jan de Laender zegt in “Het hart der duisternis. Psychologie van de menselijke wreedheid”: “…Wat is ons ware gelaat? Het ziet ernaar uit dat wij vele gezichten hebben. Welke wij daarvan de wereld tonen hangt af van de situatie waarin wij worden gebracht…” (zie mijn blog van 3.12.2010).
“Het familieportret” is voor de gereduceerde prijs van €10, -- rechtstreeks te koop bij internetboekhandel IZB-Ark als je hier klikt (voor meer informatie over IZB-Ark: zie kolom hiernaast).
Uitgave: De Boekerij - 2010
Abonneren op:
Reacties posten
(
Atom
)
Deze heb ik al een tijd geleden gelezen. Vond het ook erg mooi en indrukwekkend. Ik geniet van je blog hij staat bij mijn favorieten. Heerlijk een fanatieke lezer die ook nog christen is te volgen!
BeantwoordenVerwijderenGroetjes,
Arja de Best
Vond het vooral een kitsch boek. Werkelijk een gotspe dat de schrijver Trudy ook nog seks laat hebben met de overlevende oude heer die ze in haar zoektocht naar getuigen tegen komt. Verzoenseks? Bah!
BeantwoordenVerwijderen