Subtitel: Gods grote en verrassende plan met ons leven
Omdat ik een min of meer christelijke blogger ben word ik bedolven onder boekjes van evangelische en reformatorische uitgevers, plus alles daar omheen en tussenin, die mij willen beleren hoe ik gelovig moet leven (met hier en daar een beetje accentverschil), of wat ik al dan niet over het goddelijke geacht word te denken (het ene legt wat meer de nadruk op dit, het andere op dat). Ik lees ze allang niet meer allemaal, want legio titels over steeds hetzelfde onderwerp, dat word je in dit ondermaanse best een beetje zat. Ik bedoel: ik ben geen kleuter, die het liefst elke dag hetzelfde verhaaltje hoort. In die rijstebrij aan uitgaven zoek ik natuurlijk wél datgene wat ‘anders’ is. En dat vind ik af en toe ook wel degelijk. Zoals deze uitgave van de onbekende bijbelleraar Simon de Visser (alleen de naam al!). Je zou kunnen zeggen dat Yvonne Zonderop in “Ongelofelijk. De verrassende comeback van religie” als ‘outsider’ de essentie van het christendom uitlegt, aan ‘dummies’. Simon de Visser doet hetzelfde, maar dan als ‘insider’. En dat ook nog met een helderheid en diepgang die ik zelden ben tegengekomen. Zijn visie staat als een huis. Hieronder zal ik proberen uit te leggen waarom.
Wat is makkelijker
De Visser begint niet met zichzelf. Hij focust direct op de hoofdpersoon in het christendom, Jezus, en probeert iets uit te leggen over het enorme geestelijke gezag dat Hij volgens de Bijbelse verhalen uitstraalde. Niemand, voor of na Hem, bezat zoiets. De Visser heeft het over het verhaal van de genezing van een verlamde man. Jezus is naar huis gegaan, in Kapérnaüm, maar rust is Hem niet gegund. Het wordt al gauw bekend dat hij daar is, en de mensen strómen toe om Hem de Thora te horen uitleggen. Vrienden willen een verlamde man naar de rabbijnse wonderdoener brengen, maar er is vanwege de menigte geen doorkomen aan. Dat brengt hen op het idee de zieke door een gat in het dak te laten zakken, wat een gek spektakel moet zijn geweest: “… Ik probeer me voor te stellen wat er precies gebeurde. Het was muisstil toen Jezus het woord predikte. Ze hingen immers aan zijn lippen. Dan klinkt er wat gestommel in de ruimte. Ach, niks bijzonders, misschien iemand op het platte dak. Maar dan gekraak en geschuif. Stof en rommel dwarrelen naar beneden. Iedereen kijkt omhoog. Ineens schijnt een bundel zonlicht naar binnen. Even later zie je vier triomfantelijke gezichten te voorschijn komen met de strakblauwe hemel als achtergrond. Voorzichtig laten vier mannen een matras met een verlamde man zakken tot op de grond. Ja, inderdaad, precies voor de voeten van Jezus…”. Jezus kijkt eerst naar de diepere nood van de verlamde, het basisprobleem, en zegt “… uw zonden worden vergeven…”. Dat zorgt voor een stevige confrontatie met de aanwezige godsdienstige leiders, de schriftgeleerden, want wie kan er zonden vergeven dan God alleen? Vervolgens laat Hij de zieke weer op zijn benen staan. De reactie: “… Zoiets hebben we nog nooit gezien!...”. Waarop Jezus de vraag opwerpt: “… Wat is gemakkelijker, tot de verlamde te zeggen: Uw zonden worden vergeven, of te zeggen: Sta op, neem uw matras op en wandel? …”. De Visser: “… Hij stond mijlenver boven de situatie. Hij vroeg niet ‘wat is moeilijker’, maar ‘wat is makkelijker’… ”. En dat is precies een interpretatie die ik nog nooit eerder heb gehoord; wat de uitleg ‘anders’ maakt.
Enerverend
In een artikel in het ND (03.10.18) maakt schrijfster Rosita Steenbeek korte metten met wat zij noemt het ‘Sinterklaasgeloof’: “… Iemands vader of moeder kreeg een ernstige ziekte, en dus bestaat God niet. Tsja…”. Zelf overleefde ze in de tweede klas van de middelbare school een hersenbloeding en later een auto-ongeluk waardoor ze een tijd in een gipsen korset in het ziekenhuis lag. Ze beschrijft die periode als een soort van ‘bewegingloze pelgrimage’, waarin ze een diepe verbondenheid met anderen, die er even slecht aan toe waren als zij, en God ervoer: “… Ik was los van alle dagelijksheid…”. De Visser stelt dezelfde geestelijke ervaring aan de orde aan de hand van sommige hoofdpersonen uit de Bijbel, zoals de profeet Jeremia die onterecht in een afgesloten, benauwde cel terecht komt, waar hij boven alles uit stijgt als hij de stem van God opvangt: “… Dit zegt de HEER, die de aarde gemaakt heeft, die haar heeft gevormd en gegrondvest, wiens naam is HEER: Roep mij aan, en ik zal je antwoorden, ik zal je grote, wonderlijke dingen bekendmaken, dingen die je volkomen onbekend zijn…” (Jeremia 33:3). Ook de Nieuw Testamentische Paulus, die zich een ‘gezant in ketenen’ (Efeze 6:20) noemt, dus ook al de gevangenis van binnen zag, heeft het over ‘de Geest van wijsheid en van openbaring’ en ‘verlichte ogen des verstands’. De profeet Jesaja benoemt de diepe vrede en innerlijke rust die God geeft (Jesaja 55:12), maar wijst er wel op dat God totaal ‘anders’ is dan wij: “… Mijn plannen zijn niet jullie plannen, en jullie wegen zijn niet mijn wegen – spreekt de HEER. Want zo hoog als de hemel is boven de aarde, zo ver gaan mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen…” (Jesaja 55:8,9). Het is duidelijk dat Gods hulp en verlossing van een totaal andere orde zijn dan alle menselijke ideeën hierover. Dat maakt het tegelijk enorm enerverend. De Visser aan de hand van de Bijbelverhalen over Jezus: “… Het eerste wat Christus doet als we echt in nood zijn is dat Hij tot ons hart spreekt…”.
Wedergeboorte
Christenen denken erg verschillend. De Visser gaat uit van de antropologische visie dat de mens een drie-eenheid is van geest, ziel en lichaam (zie bijvoorbeeld 1 Thessalonicenzen 5:23). Mijn grote inspirator Willem Ouweneel zal de vloer met mij aanvegen, maar zelf ga ik in deze denkwijze mee, omdat ik daar verreweg het beste mee uit de voeten kan. Het is logisch. In deze visie kan iemand als bijvoorbeeld Dick Swaab (“Wij zijn ons brein”) op zijn manier gelijk hebben als hij stelt dat zowel het lichaam als de ziel dood gaan. Hij zegt daarmee niets over de geest, en dat kan ook niet, want alleen een gelovige die een ‘wedergeboorte’ heeft meegemaakt, kan daar blijkbaar iets mee, legt De Visser uit aan de hand van het verhaal van Nicodemus. De Schriftgeleerde die midden in de nacht naar Jezus toekwam om met hem te praten. Jezus zegt tegen hem dat niemand het ‘Koninkrijk van God’ kan zien zonder ‘wedergeboorte’ (Johannes 3:3). Als Jezus later tegenover Pilatus staat, zegt Hij: “… Mijn koninkrijk is niet van deze wereld; indien mijn Koninkrijk van deze wereld was, zouden mijn dienaren gestreden hebben, opdat ik niet aan de Joden zou worden overgeleverd…” (Johannes 18:36). Het bestaat in een andere dimensie, in een andere sfeer, dan de aardse. De Visser: “… Zonder God is de mens geestelijk dood. Bij de wedergeboorte maakt Gods Geest de menselijke geest levend. Efeze 2:5 zegt: “… mede levendgemaakt in Christus…”. Nicodemus snapt er niks van: “… Hoe kan een mens geboren worden, als hij oud is? Kan hij dan voor de tweede maal in de moederschoot ingaan en geboren worden?...” (Johannes 3:4). Daarop legt Jezus uit dat het niet om een biologische, maar om een geestelijke geboorte gaat: “… Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan…” (Johannes 3:5). Uit ‘water’ is de aardse geboorte, en ‘Geest’ is de geestelijke geboorte. De wedergeboorte is een geboorte waarbij we een nieuwe wereld binnen gaan. Een geestelijke wereld: “… Wat uit vlees geboren is, is vlees, en wat uit de Geest geboren is, is geest…”(Johannes 3:6). De wereld van beneden en de wereld van boven. Hoe raak je ‘wedergeboren’? Door te geloven dat het waar is wat Jezus te vertellen heeft, zegt Hij zelf. Je geloofshouding of geloofskeuze is allesbepalend. De Visser: “… We kennen plantenleven, dierenleven, menselijk leven. Om te kunnen communiceren op één niveau, heb je hetzelfde leven nodig: een dier met een dier, een mens met een mens. Om met God te kunnen communiceren, heb je goddelijk leven nodig, het Griekse woord ‘zoë’…” (het doet me denken aan wat Marente de Moor allemaal schrijft over dierenfluisteraars in “Foon” - zie mijn vorige blog). En even verder: “… Nicodemus dacht dat hij met Jezus wel op hetzelfde niveau kon communiceren, maar dat was beslist niet het geval. Alleen door de wedergeboorte ontvangen we het goddelijke leven, en krijgen we een levend contact met God. Romeinen 8:14 zegt, '… die Geest getuigt met onze geest dat we kinderen Gods zijn' De Heilige Geest werkt via de menselijke geest…”. Dit lijkt me een van de grootste ‘geheimen’ van het christendom.
Daar valt of staat alles mee
Is het belangrijk dat je als gelovige deze dingen kunt onderscheiden? Ik denk het wel. Zie bijvoorbeeld Johannes 4:24: “… God is geest en wie Hem aanbidden moeten aanbidden in geest en waarheid…”. Waarbij waarheid duidt op helemaal jezelf zijn, en geest op wat zich beweegt in je allerdiepste kern. De Visser: “… De Bijbel leert dat de mens bestaat uit geest, ziel en lichaam. Aanbidding kan een uiterlijk vertoon zijn. Soms is het alleen verstandelijk of emotioneel…”. En even verder: “… in de geest is het nieuwe leven. Daar is het terrein, waar je het levende contact met God onderhoudt…”. Ik moet daarbij altijd denken aan wat de Franse schrijver Eric-Emmanuel Schmitt Jezus laat zeggen in zijn roman “Het evangelie volgens Pilatus”: “… Mama, diep in mezelf vind ik niet mezelf…”. Als Jezus is opgevaren naar de hemel belooft Hij dat Hij ‘een andere Trooster zal zenden’ die altijd bij je zal zijn (Johannes 14:16). Dit is bijvoorbeeld ook de persoon waar schrijfster Esther Gerritsen aan refereert in de titel van haar boek “De trooster”: “… In het Grieks wordt het woord Parakleet gebruikt, letterlijk betekent dat ‘geroepen om terzijde te staan’…”. Een helper. En vervolgens in vers 17: “… Hij blijft bij u en zal in u zijn…”. Dát is het geheim van het christendom. Toen ik christen werd – want dat ben ik niet altijd geweest – heeft me het hogelijkst verbaasd dat daar zo weinig over wordt gepraat. De Visser zegt er het volgende over: “… In bepaalde gevallen zijn door een ongezonde nadruk op het werk en de Persoon van de Heilige Geest, mensen wat kopschuw geworden voor dit Bijbelse thema. Er zijn helaas uitspattingen geweest in kringen waar dit onderwerp ontaardde in verwarring. En je moet zeker op je hoede zijn voor te eenzijdige stromingen die je op het verkeerde been kunnen zetten. Maar de boodschap van de Heilige Geest is zo enorm belangrijk. Daar valt of staat alles mee. Wat zegt Paulus tegen de Corinthiërs, waar op dat moment behoorlijk wat verwarring was onder gelovigen? ‘Of weet u niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die u van God ontvangen hebt… (1 Cor. 6:19)…”. Christus is opgevaren naar de hemel: “… Het is de Heilige Geest die het werk voortzet op aarde…”. Yvonne Zonderop vertelt in “Ongelofelijk” dat ze zelfs als ongelovige diep onder de indruk raakte van het schilderij “Pentecostés” van El Greco. Het stelt de uitstorting van de Heilige Geest voor. Een fenomeen wat bijna te bezopen is voor woorden. Dat vonden de omstanders toendertijd ook: “… Zij hebben teveel zoete wijn gehad!...” (Handelingen 2:13). Er gebeurde nog iets bijzonder vreemds: de gelovigen waren verstaanbaar in allerlei talen. Ik vraag me af of er ooit een theoloog is geweest die dit gegeven in verband heeft gebracht met de torenbouw van Babel, waar precies het tegenovergestelde gebeurde: spraakverwarring.
Het verhaal is nog lang niet af
De Visser legt uit hoe belangrijk het is dat een gelovige in nauw contact blijft staan met Christus, die zichzelf ‘de wijnstok’ noemt, en mensen aanduidt als ‘ranken’ (Johannes 15:5). Dat hoeft verder geen betoog. Als je een plant afsnijdt van zijn wortel gaat hij dood omdat hij geen levenssappen - oftewel ‘levend water’- meer krijgt. Dat lijkt mij duidelijk. Hoe leer je bidden? Gewoon door het te doen, zegt De Visser. Net zoals je fietsen leert. Verder bespreekt hij in het kort de geschiedenis van Jezus die voorspeld en geboren werd binnen het volk dat God daarvoor uitkoos, Israël, en gaat hij in op de christelijke toekomstverwachting, want één ding is zeker: volgens de Bijbel is het verhaal van God nog lang niet klaar! Ik wacht met spanning af…
Uitgave: Boekrol.nl – 2016, 155 blz., ISBN 978 909 029 742 2, € 13,90
Rechtstreeks bestellen: klik hier
Geen opmerkingen :
Een reactie posten